Maak hier Uw keuze uit verschillende gemeenten
vlot bereikbaar vanuit het zeer centraal gelegen
Hotel Vivaldi te Geel-Westerlo:
Arendonk
- baarle - Beerse - Berlaar
- Bonheiden -
Bobbejaanland
- Brasschaat
- Brecht
- Essen -
Geel – Grobbendonk - Heist-op-den-berg
- Herentals - Herenthout
-Herselt Hoogstraten - Hulshout –
Kalmthout - Kapellen -
Kasterlee -
Kessel - Laakdal
- Lier - Lille - Malle
Meerhout - Merksplas
– Nijlen – Oud-Turnhout
- Olen - Putte
– Ranst - Ravels
- rijkevorsel - Schilde - Schoten
– Vosselaar - Vorselaar –
Turnhout – Westerlo -Wuustwezel
- Wijnegem
- Zandhoven - Zoersel
Een festival van stijl en flair
Of je de voorkempen nu met de fiets, te voet, met de auto of te paard
verkent, het aantrekkelijke decor vergezelt je overal: sierlijke kastelen,
charmante veerhuizen langs de kanalen, parken met fleurige rododendrons en
fraaie historische domeinen.
Verder ontdek je een indrukwekkend sluizencomplex, honderden uitnodigende
winkels onder één dak en… een stukje tibet. Meer zelfs, je kan in de
voorkempen de wereld zien!
Schilde
Schilde combineert fraaie kastelen, villa’s en hoeven met aantrekkelijke
wandelgebieden. Schilder albert van dyck putte er heel wat inspiratie uit.
Wie met zijn favoriete paard door de regio wil galopperen, vertrekt best in
schilde.
Schildehof met dodoenstuin
Gemeentelijk domein schildehof is een historisch parklandschap (46 ha) met
bossen, een vijver, een orangerie en een fitometer. Blikvanger vormt de
dodoenstuin, een reconstructie van een 16de-eeuwse renaissancetuin.
De verzameling bevat ca. 400 kruiden die de befaamde botanicus rembert dodoens
vermeldde in zijn 'cruydenboeck'. Je vindt er ook keuken-, cosmetica- en
textielkruiden. De educatieve bijentuin illustreert de relatie tussen
bloemen en insecten. En in de ecologische moestuintjes doe je vast enkele
ideetjes op.
De pont 25, 2970 schilde
Open: ma t/m zo van 10 u. Tot zonsondergang (maar niet later dan 20 u.)
Museum albert van dyck
Albert van dyck (1902-1951) was een van de boegbeelden van het animisme.
Deze groep kunstenaars reageerde tegen het expressionisme en had vooral oog voor
het introspectieve. Van dyck schilderde vertederende kinderportretten,
treffende naaktstudies, poëtische landschappen en uitbundige stillevens.
In het museum bekijk je meer dan 190 schilderijen en tekeningen. Er lopen
ook tijdelijke tentoonstellingen en culturele activiteiten. Aan het
gemeentehuis start de bewegwijzerde wandeling ‘albert van dyckpad’.
Van dyck, geboren te turnhout, woonde 20 jaar in schilde
Gemeentehuis, brasschaatsebaan 30, 2970 schilde
Tel. 03 380 16 28 – cultuur@schilde.be
– www.schilde.be/cultuur
Open: di t/m vr 10-12 u. En 14-16 u.; eerste en laatste weekend van de maand
en feestdagen van 13 tot 17 u.
Kasteel van ’s-gravenwezel
Het kasteel van ’s-gravenwezel is een van de mooiste uit de regio.
Het is onduidelijk wanneer en door wie het werd opgetrokken. Het begon met
een eenvoudige middeleeuwse hoeve, die langzaam evolueerde tot een imposante
waterburcht.
Later volgden nog meer verbouwingen. Zo zorgde jan pieter van
baurscheit de jonge (zie elders in deze pocket) omstreeks 1740 voor een nieuw
ontwerp in rococo stijl. Vandaag is het kasteel eigendom van de bekende
antiquair en decorateur axel vervoordt. Tweemaal per jaar houdt hij open
deur.
Sint-jobsteenweg 64, 2970 ’s-gravenwezel (schilde)
Opendeurdagen: eerste weekend van juni, laatste weekend van november en eerste
weekend van december;
Schoten
Vooral in mei en juni maakt schoten zijn bijnaam 'bloemengemeente' waar.
De bloeiende azalea’s en rhododendrons vormen dan een lust voor het oog.
De gemeente is al even trots op het internationale folklorefestival. En of
je de wereld kan zien in schoten! Je ontdekt er zelfs een tibetaanse
tempel...
Park vordenstein
Vordenstein is een van de vele ‘hoven van plaisantie’, buitenverblijven
van welstellende antwerpenaars. Het zwaargehavende kasteel maakte na wo ii
plaats voor een ruime villa. In en rond de gerestaureerde oranjerie
organiseert tuinpunt tentoonstellingen, workshops en evenementen. Het
kasteelpark (110 ha) combineert de strakke franse barokstijl (let op het
stervormige bos!) Met de romantische engelse landschapsstijl. Azalea’s
en rododendrons bloeien er weelderig.
Je kan kuieren door majestueuze dreven of roofvogels zien broeden. En
wie weet bots je tijdens je ochtendwandeling op een vos of een ree!
Ingang via kopstraat en horstsebaan Tel. 03 224 6257
Open: elke dag van 8 tot 17 u., in de zomer tot 21 u.
Tibetaans instituut
Een kleurrijke, authentieke tibetaanse tempel in schoten? Verrassend
maar waar. In 1993 vestigde het tibetaanse instituut zich in de
gemeente. Het centrum wil de dialoog tussen mensen en culturen stimuleren.
Dit gebeurt o.a. Via voordrachten, workshops, meditatiesessies en rondleidingen.
Iedereen is welkom.
In het documentatiecentrum kan je meer dan 1.500 boeken i.v.m. Het boeddhisme
raadplegen. Blikvangers in de meditatieruimte zijn drie levensgrote
beelden en een uitzonderlijke collectie van 21 met goud beschilderde
shangka’s. In de tuin staat een 8 meter hoge ‘stoepa van de duizend
lotussen’, een verwijzing naar de geboorte van boeddha.
Kruispadstraat 33, 2900 schoten
Tel. 03 685 09 19 – tibinst@skynet.be
– www.tibetaans-instituut.org
Raadpleeg de activiteitenkalender op de website.
Internationaal folklorefestival
De antwerpse kempen tellen enkele uitstekende folklorefestivals. Het
festival met de meeste uitstraling is dat van schoten. In 2006 is men al
aan 48ste editie toe. De slogan ‘je kan de wereld zien in schoten ‘ is
niks overdreven. Het programmaboekje vermeldt gereputeerde
dansgezelschappen uit alle continenten. De sfeer van verbroedering tussen
dansers en publiek is bijzonder aanstekelijk. Het decor is al even apart:
het kasteel van schoten, nu cultureel centrum. Wandel in het park (60 ha)
tot bij de ridderhoeve en de opmerkelijke valkentoren.
Kasteel en park schoten: vrij bezoek tussen 8 en 20 u.
Surf naar www.festivalschoten.be
voor alle details.
Wijnegem
Veertien winkelstraten onder één dak: dat kan alleen maar wijnegem shopping
center zijn! Een andere indrukwekkende plek in wijnegem is het
sluizencomplex. Wie het wat rustiger aan wil doen, trekt naar het
gemeentepark of maakt een fietstocht langs de kanalen.
Wijnegem shopping center
‘240 redenen om naar wijnegem te komen!’ bloklettert de reclame van het
wijnegem shopping center. Inderdaad, zoveel winkels telt dit overdekte
shoppingparadijs. Je vindt er de nieuwste modetrends, leuke geschenken en
alle benodigheden voor je favoriete hobby. Je hoeft je geen zorgen te
maken om je parkeerrekening: er zijn 5.000 gratis autostaanplaatsen.
Verder pakt het koopcentrum uit met soepele openingsuren, prima bereikbaarheid
via het openbare vervoer, gezellige tavernes en restaurants, professionele
kinderopvang, speciale acties en evenementen. Kortom, een droom voor
shopoholics!
Turnhoutsebaan 5 bus 400, 2110 wijnegem
Tel. 03 350 14 44 – fax 03 353 81 96 – www.wijnegemshoppingcenter.be
Open: ma t/m za 9-20 u., vrijdag tot 21 u.
Sluizencomplex albertkanaal
Het 120 kilometer lange albertkanaal verbindt antwerpen en luik. Zes
sluizencomplexen regelen het hoogteverschil van 55 meter. In wijnegem
bedraagt het verval 5,45 meter. De grootste sluis dateert uit 1993, is 200
meter lang en 24 meter breed. Duwvaartkonvooien tot 9.000 ton passeren er
moeiteloos.
Op de jaagpaden langs de kanalen is het heerlijk fietsen. Aan het
sluizencomplex kan je aanpikken bij de waterwegenroute. Je fietst langs
een blauwe driehoek: albertkanaal, kanaal schoten-turnhout-dessel en
antitankkanaal. Dit laatste, na de eerste wereldoorlog gegraven om
antwerpen te verdedigen, is vandaag een groene gordel.
Lier en het pallieterland
Het goede leven
Lier - Berlaar - Bonheiden - Heist-op-den-Berg - Nijlen - Putte
De ideale gids? Hij bestaat en heet pallieter, felix timmermans’
populairste romanfiguur en overtuigd levensgenieter. Hij koos de mooiste
hoekjes in lier en omgeving voor je uit. De lierenaars hebben zijn wijze
levensles ‘pluk de dag’ goed onthouden. Meer nog, hun aangeboren
talent voor genieten werkt bijzonder aanstekelijk. Je bent meteen
gewaarschuwd!
Het wordt bovendien een trip vol nostalgie: historische hoeven en landhuizen,
ambachten of spelletjes anno 1900, het échte kempense landschap en een
bedevaart of carnavalstoet met een hele lange traditie…
Lier
‘lierke plezierke’, ‘schoon lier’, ‘pallieterstad’… lier
is het allemaal.
Het stadje aan de samenvloeiing van grote en kleine nete heeft een hoog
prentkaartgehalte. Tijdens de stadswandeling passeer je heel wat plekjes
die lijken weggelopen te zijn uit de romans van felix timmermans. Kortom, een
stadje om van te snoepen. Ook letterlijk!
Stadswandeling door lier
Traject: zimmerplein – gevangenenpoort – begijnhofstraat –
sint-margarethastraat – grachtkant – begijnenvest – anton bergmannlaan –
spuilei – oever – mosdijk – vismarkt – rechtestraat – kardinaal
mercierplein – bril – werf – de fortuin – grote markt (4,9 km)
Zimmertoren
‘het heelal tussen vier muren’: zo omschreef timmermans treffend het
levenswerk van zijn vriend louis zimmer (1888-1970). En da’s niks
overdreven. De corneliustoren – deel van de eerste middeleeuwse
stadsomwalling – heet vandaag zimmertoren. In de voorgevel hangt de
indrukwekkende jubelklok, een ode aan 100 jaar belgische onafhankelijkheid.
Naast het juiste uur ontdek je o.a. De tekens van de dierenriem, de dagen van de
week en de jaargetijden. De rechterzijgevel bevat vier klokjes en vier
automaten die lierse volksfiguren voorstellen. Op het middaguur
verschijnen plots de belgische vorsten en lierse burgemeesters! De
astronomisch studio op de eerste verdieping illustreert de werking van het
universum (met o.a. De aswentelingen van de planeten). De wonderklok kreeg
een vaste stek in een paviljoen naast de zimmertoren. Zimmer presenteerde
dit technisch huzarenstukje (93 wijzerplaten en 14 automaten!) Op de
wereldtentoonstelling van 1935 in brussel.
Zimmerplein 18, 2500 lier, tel. 03 800 03 95
Open: 1/4 – 30/9: ma t/m zo 9-12 en 13.30-18 u.; 1/10 – 31/3: ma t/m zo 9-12
en 13.30-17.30 u.
Op het einde van het zimmerplein wandel je door de gevangenenpoort (opnieuw
een onderdeel van de middeleeuwse omwalling) de begijnhofstraat in. Kijk
even binnen in de godshuizen (nrs. 14 en 24). Een beetje verderop aan je
linkerkant wandel je via een monumentale 17de-eeuwse toegangspoort
het begijnhof binnen.
Begijnhof
Het lierse begijnhof vormt een prachtig ‘stadje in de stad’: 162 huisjes
verspreid over 11 gekasseide straten, omgeven door bakstenen muren en 4 poorten.
Een schitterend voorbeeld van een stratenbegijnhof.
Het lierse begijnhof ontstond omstreeks 1200. Diverse branden en
godsdienstoorlogen zorgden ervoor dat de meeste huisjes, met elk een eigen naam,
dateren uit de 16de, 17de of 18de eeuw.
De witgepleisterde gevels, de rondboogdeurtjes, de voortuintjes, de fraaie
barokke sint-margaretakerk en grappige straatnamen (‘hemdsmouwken’ is er een
van) geven het begijnhof een heel aparte charme.
En voor wie het nog niet wist: je wandelt hier in een stukje unesco
werelderfgoed
We verlaten het begijnhof via het kleine poortje aan de grachtkant en
wandelen rechts de netedijk op. We volgen de nete rechtdoor tot aan het
saske en draaien vóór de brug rechts de begijnenvest op. Wie later ook de
fraaie lierse polders wil verkennen, kan het pallieterpad uitproberen.
Stadsvesten met spui
Lier en herentals zijn de enige omwalde steden in de antwerpse kempen.
De corneliustoren (nu zimmertoren) en de gevangenenpoort maakten deel uit van de
eerste omwalling. De tweede, 15de-eeuwse stadsomwalling vormt
vandaag een prachtige groene oase. Vooral op warme zomerdagen zijn deze
lommerrijke paden (4 kilometer) met prachtige beuken, eiken en tamme
kastanjebomen bijzonder populair. Aan de bergmannvest vinden op
donderdagavond in juli en augustus de gratis vestconcerten plaats.
Volg de stadsvesten tot aan het spui, begin 16de eeuw gebouwd
o.l.v. De familie keldermans. Dit sluisgebouw regelde de waterstand van de
kleine nete. De schietgaten wijzen ook op een tweede, verdedigende
functie.
Draai voorbij het spui rechts oever in. Steek even verder het brugje
over en je bereikt de fotogenieke mosdijk. In het pand dat nu fungeert als
kunsthumaniora, brachten filips de schone en johanna van castilië, de ouders
van keizer karel, in 1496 hun huwelijksnacht door.
Op de vismarkt proef je elke donderdagochtend, uitgezonderd in juli en
augustus, tussen 9 en 9.30 uur de sfeer van een echte vismijn. Steek opnieuw de
binnennete over en wandel via de rechtestraat tot aan de sint-gummaruskerk.
Sint-gummaruskerk
De sint-gumaruskerk is een van de gaafste voorbeelden van brabantse
hooggotiek. Diverse toparchitecten, onder wie telgen uit de families
keldermans en de waghemakere, waren bij de bouw betrokken.
In de imposante westertoren (79 m) onderscheid je makkelijk vier stijlen: van
de robuuste gotische basis tot de uivormige rococo torenspits.
In het interieur vallen vooral het laatgotische doksaal (1539) en de
glasramen op. Ze illustreren mooi de evolutie van de vlaamse
glasschilderkunst in de 15de en 16de eeuw. Let op de
vijf ‘koninklijke glasramen’ in het hoogkoor met afbeeldingen van keizer
maximiliaan van oostenrijk en zijn familie.
In de kerk wordt ook het zilveren reliekschrijn van de lierse patroonheilige
sint-gummarus bewaard. Tijdens de sint-gummarusprocessie (zie evenementen)
dragen de lierenaars het 800 kilo wegende schrijn door de binnenstad.
De beiaard telt 52 klokken, met een totaal gewicht van ca. 30 ton. Dat
is ruim 14 ton meer dan het oude instrument. Meteen het zwaarste 18de-eeuwse
instrument van west-europa
Kardinaal mercierplein
Open: pasen – 1/11: ma t/m zo van 10 tot 12 en van 14 tot 17 u. (winter:
doorlopend van 10 tot 16 u.), geen bezoek op zondagvoormiddag
Op het kardinaal mercierplein nr. 8 vind je de deense poort. De deense
koning christiaan ii, schoonbroer van keizer karel, verbleef hier van 1524 tot
1530. Via de deensestraat en bril bereik je de werf. Een echt
plaatje: de bruggen over de kleine nete, ook wel binnennete genoemd, en de
fortuin (zie verder).
Links in de bocht staat het timmermans-opsomerhuis.
Timmermans-opsomerhuis
Dé plek om kennis te maken met de culturele ambassadeurs van lier.
Het werk van felix timmermans kreeg er een prominente plaats. Je
ontdekt er hoe veelzijdig ‘de fé’ was: dichter, roman- en toneelschrijver,
boekillustrator én plastisch kunstenaar. Zijn werkkamer bevat allerlei
persoonlijke souvenirs.
Een vijftigtal schilderijen, vooral portretten van prominente belgen,
schetsen het oeuvre van baron isidoor opsomer. Je kan ook binnenkijken in
de smidse van lodewijk van boeckel.
Verder is er aandacht voor componist en dirigent veremans, auteur bergmann en
andere lierse letterkundigen.Netelaan 4, 2500 lier, tel. 03 800 03 94Open: di
t/m zo 10-12 en 13-17 u.
Keer op je stappen terug, wandel de brug over en sla rechts de papegaaistraat
in. Het opmerkelijke pand aan je rechterzijde ‘de fortuin’ is een
voormalige graanopslagplaats. Het stapelhuis met brede puntgevel, talrijke
vensters en kleurrijke luikjes dateert vermoedelijk uit de 17de eeuw.
Hier situeerde zich de middeleeuwse haven. Vandaag kan je in een oude
palingboot (met intrigerende namen als ‘vettigen teen’!) Een tochtje van ca.
40 minuten maken op de binnennete.
Aan de brug over de kleine nete draai je linksaf richting grote markt.
Het stadhuis en het belfort domineren het plein.
Stadhuis en belfort
Het 18de-eeuwse stadhuis staat op de plaats van de middeleeuwse
lakenhalle (1367). De befaamde architect jan pieter van baurscheit de
jonge tekende de plannen. Het resultaat is een fraai, symmetrisch pand in
balegemse witte zandsteen en doornikse blauwe hardsteen. Eén van de
zeldzame openbare gebouwen in rococostijl. Het smeedijzeren hek met
bloemmotieven voor het stadhuis is een realisatie van lodewijk van boeckel.
In het interieur domineert de lodewijk xv-stijl. Blikvanger is zonder
twijfel de indrukwekkende eikenhouten rococo wenteltrap uit 1775. Een knap
staaltje vakmanschap! Verder bemerk je waardevolle schilderijen,
plafondschilderingen, tapijten, smeedwerk en meubilair.
In 1369 bouwde de mechelaar hendrik mijs naast de lakenhalle een sober
gotisch belfort. De vier uitkragende hoektorentjes en de lantaarnspits
verschenen enkele decennia later. In de toren hangt een kleine beiaard van
23 klokken.
Tweemaal unesco werelderfgoed
Je hoeft niet naar de taj mahal in india of de gizeh piramiden in egypte te
vliegen om unesco werelderfgoed te ontdekken. Ook in de antwerpse kempen
bots je op werelderfgoed. In lier zelfs tweemaal: het begijnhof en het
belfort.
Sinds 1998 prijken 13 vlaamse begijnhoven op de felbegeerde lijst. Het
begijnhof van lier is er één van. Ook in hoogstraten, turnhout en
herentals vind je zo’n stemmig miniatuurstadje.
In 1999 volgden 23 vlaamse en 6 waalse belforten dit voorbeeld. Een
belfort, hét symbool van de onafhankelijkheid van de middeleeuwse steden, tref
je aan in lier en herentals.
De eerste wereldoorlog hield lelijk huis in lier. De bombardementen
legden vele huizen op de grote markt in de as. Ze werden nadien
heropgebouwd in allerlei neostijlen. Zo werd de voorgevel van het
middeleeuwse vleeshuis (hoek grote markt/koning albertstraat) in 1920
heropgebouwd aan de hand van oude prenten.
Berlaar
Berlaar is een landelijke gemeente met heel wat idyllische hoekjes en
opmerkelijke monumenten. Gestel is misschien wel het mooiste dorpje van de
antwerpse kempen. De term ‘schilderachtig’ is niks overdreven.
Berlaar te voet
Berlaar verken je bij voorkeur te voet. Zo geniet je optimaal van het
fraaie landschap en de bijzondere monumenten, waaronder ook enkele merkwaardige
herenhuizen en kempense boerderijen.
Het boerenkrijgpad (6,8 km) vertrekt aan de sint-pieterskerk en linkt de
voornaamste monumenten van de gemeente. Op diverse plaatsen langs het
traject staan informatieborden over de bezienswaardigheden.
Aan de schandpaal in gestel pik je aan bij het gestelpad (8 km), een
schitterende wandeling door de vallei van de grote nete.
Bonheiden
Residentiële gemeente op de drempel van de brabantse kempen met riante
villawijken, bossen en kleine natuurgebieden. Tussen het groen duiken
kastelen en hoeven op. Deelgemeente rijmenam is een typisch frankisch
dijledorp.
Krankhoeve
In deze krankhoeve verzorgden de mechelse begijnen vanaf 1446 hun zieken
(‘krancken’). Brood en kaas moesten de verzwakte begijntjes er weer
bovenop helpen. De capaciteit van het onderkelderde bakhuis is dan ook
opvallend groot. De hoevekaas werd bewaard in het ‘kaaskot’, een
luchtige lattenconstructie tegen de oostgevel. Het jaartal 1717 in de westgevel
verwijst naar de meest recente verbouwing. De laatste boer verliet de
hoeve in 1971. In juli en augustus zorgen de zomerzondagen er voor muziek
en sfeer.
Grote doelstraat 1, 2820 bonheiden
Rijmenam, frankisch dijledorp
Het driehoekige dorpsplein laat er geen twijfel over bestaan: rijmenam
ontwikkelde zich in de frankische periode. Zowel de sint-martinuskerk,
haar toren als het ommuurde kerkhof met schandpaal zijn beschermd. Op 11
november vieren de inwoners van rijmenam sint-maarten met een lichtstoet en een
sint-maartensvuur.
In heemkundig museum ’t smiske, een 18de-eeuws
langgevelhoevetje, hangt een echt bokrijk-sfeertje. Je kan er ook proeven
van de vermaarde kruidenpannenkoeken of het roggebrood, gebakken in de
gerestaureerde houtoven
Heemkundig museum ’t smiske, hoogstraat 52 a, 2820 rijmenam
Open: juli en augustus zo 14-22 u.
Zellaerkasteel
Bij het zellaerkasteel waan je je vast even in frankrijk. Logisch, een
kasteel uit de loirestreek stond model! De imposante waterburcht in witte
zandsteen werd in 1885 opgericht in neogotische stijl. Of beter:
heropgericht. Op deze plek stond immers een middeleeuwse burcht.
Wellicht waren wouter berthout de opdrachtgever en kanunnik arnold van zellaer
de eerste eigenaar. Het ringwater rond het slot en de brede grachten in
het park zijn getuigen van deze feodale periode. Vandaag fungeert het
kasteel als bezinningscentrum. Het bewegwijzerde ‘zellaerpad’ biedt
een prima introductie op dit verrassende stukje bonheiden. Ingang via de oude
baan
Heist-op-den-berg
In heist-op-den-berg bekijk je de regio vanuit de hoogte. Maak je een
boeiende natuurwandeling in domein de averegten. Ontdek je een fraai
opgeknapte molen, landhuis of hoeve. Bekijk je een verrassende verzameling
miniatuurtreinen. En tik je tijdens de populaire rommelmarkt misschien wel
een fantastisch koopje op de kop!
Water- en uitkijktoren
Een watertoren die tegelijk fungeert als uitkijktoren? Die vind je
alleen in het bergbos van heist-op-den-berg! Op de uitkijkgaanderij -
71,60 meter boven de zeespiegel - wacht je een spectaculair panorama. Als
het weer meezit, herken je het silhouet van het atomium, de sint-romboutstoren,
de onze-lieve-vrouwekathedraal, de koeltorens van doel of zelfs de mijnterrils
van limburg! Tip: blauwe lucht, wolken en wind vormen de ideale
weersomstandigheden. Voor wie opziet tegen de klim van 138 trappen, is er
gelukkig ook een lift…
Bergbos, kerkhofstraat, 2220 heist-op-den-berg
Open: 1/4 – 30/9: zo 14-18 u. En op 15/8: 20-24 u.
Treinmuseum
Van de postkoets tot de tgv... Pieter nombluez was een verwoed
verzamelaar van miniatuurtreinen. In het treinmuseum bekijk je zijn
indrukwekkende collectie schaalmodellen. Via een audioguide leer je het
verhaal achter legendarische treinen als de ‘oriënt express’. In de
knusse filmzaal (een oude treinwagon met zitjes 1ste en 2de
klasse!) Draait een film over het maatschappelijke belang van de trein.
Een treinachtervolging met buster keaton in de hoofdrol brengt je aan het
lachen. In nazi-duitsland kreeg een treinreis een lugubere betekenis…
Nog op het kerkplein: heemmuseum ‘die swane’, met op zolder een
opmerkelijke verzameling radio’s! Kerkplein 1, 2220 heist-op-den-berg www.heist-op-den-berg.be
Open: 1/3 – 31/10: zo 14-17 u.
Snuisteren op de markt
Op zondagvoormiddag verandert het centrum van heist-op-den-berg in één
grote antiek-, curiosa- en dierenmarkt. Een heel sfeervol gebeuren, waar
je naar hartelust kan snuisteren, keuren en kopen.
In buurgemeente putte kan je op woensdagavond op zoek gaan naar verborgen
schatten. Ook bij slecht weer, want de rommelmarkt is overdekt.
Heemerf kaasstrooimolen en pandoerenhoeve
Rond 1900 telde de heerlijkheid mechelen vele windmolens. Vandaag is de
kaasstrooimolen de laatste nog werkende molen in deze regio. Op zondag
(bij wind) draaien de wieken vrolijk en is de molenaar aan het werk.
Vanuit het bakhuis komt de geur van ambachtelijk gebakken brood je tegemoet.
In de schaduw van de kaasstrooimolen vind je een erf met de 17de-eeuwse
‘pandoerenhoeve’, een langgevelhoeve met het typische vakstucwerk. Je
kan er ’s zomers op het terras of ’s winters bij de open haard genieten van
een streekbiertje of kempense lekkernijen. Bruggeneindse heibaan 13, 2220
heist-op-den-berg
Tel. 015 24 15 21 - www.heemkring-dieswane.be
Open: zo 14-22 u.
Nijlen
Ooit telde elke nijlense straat wel één of meer diamantateliers.
Vanaf 1960 ging het bergaf met de diamantnijverheid. Niet langer de
diamant, maar het schitterende groen vormt de trots van nijlen en haar
deelgemeenten kessel en bevel.
Kesselse heide
In provinciedomein kesselse heide (43 ha) ontdek je de kempen zoals ze er
lange tijd uitzagen: een mix van struikheide, naald- en loofbos, zandige vlakten
en vennen. Je vindt er de typische heidevegetatie: heidestruiken (in
augustus en september prachtig paars), zandzegge, buntgras, dopheide… de
loslopende, grazende schapen spelen een cruciale rol in het behoud van dit
authentieke landschap.
Het bewegwijzerde heidepad voert je langs de fraaiste plekjes, waaronder open
zandverstuivingen en een ven met schiereilandje. Voor kinderen vormen de
uitgestrekte zandvlakten de ultieme zandbak! Vaerestraat 16, 2560 kessel Tel. 03
489 29 13 - www.kesselseheide.be
Open: elke dag van zonsopgang tot zonsondergang
Kessel-fort
Kessel fort biedt een fascinerend stukje militaire geschiedenis in een
vredig, groen decor. Je ontdekt munitiemagazijnen en troepenkamers, bent
getuige van de vernielende kracht van de ‘dikke bertha’s’ uit woi en duikt
in de loopgraven van woii. Van april tot en met september leiden
enthousiaste gidsen groepen van minimum 5 personen rond. Tijdens de
opendeurdag op zaterdag 26 augustus (13-17 u.) Is iedereen welkom. Via het
bewegwijzerde ‘fortpad’ verken je het 15 ha grote domein. Ingang via de
fortstraat in kessel-station
Putte
Diverse langgevelhoeven illustreren het uitgesproken agrarische verleden van
de gemeente putte. Land- en tuinbouw domineren ook vandaag nog het
landschap. Putte telt vier kerkdorpen: putte, beerzel (met het hoogste
punt in de provincie), grasheide en peulis.
Heemmuseum ‘het molenijzer’
In het knusse heemmuseum ‘het molenijzer ‘ (de naam verwijst naar de drie
molenijzers in het wapenschild van putte) zet je een stap terug in de tijd.
De collectie – verspreid over diverse hangars - belicht de geschiedenis, de
volkscultuur en de oude ambachten van de putse regio. Je leert er hoe men
100 jaar geleden boter bereidde of de was deed. Je kan, net als je
overgrootouders, plaatsnemen op houten schoolbanken. Proeven van heerlijk
knapperig brood, gebakken in de heropgebouwde oven. Of volksspelen
uitproberen zoals ‘gaaibollen’, ‘teppeschieten’ of ‘trou madame’.
Neem het van ons aan, de spelletjes zijn nog leuker dan ze klinken! Heuvelstraat 41b, 2580 putte Tel. 015 75 27 98 – alfons.vekemans@scarlet.be
http://users.skynet.be/heemkring.putte
Open: 1/6 – 30/9: zo 14-20 u. (behalve laatste zondag van augustus)
Grensland hoogstraten
Hoogstraten-baarle-merksplas-rijkevorsel
Proeven van de vrijheid
In het open landschap rond hoogstraten zie je van heinde en verre de ranke
torenspits van de sint-katharinakerk opduiken. Een veelbelovende voorbode van de
monumentale vrijheid met haar idyllische begijnhof, uitnodigende terrasjes en
eetgelegenheden. Maar ook nederland is hier nooit ver weg, want dit is een land
van grillige grenzen. Zeker in het merkwaardige enclavedorp
baarle-hertog-nassau. Nergens anders ter wereld zijn twee landen inniger met
elkaar verstrengeld dan hier. Je kan zo raden dat deze streek vroeger een
paradijs voor smokkelaars was. Nu tref je hier een gaaf stukje platteland, waar
je naar hartelust kunt fietsen, wandelen en ruiteren. In de ‘kolonies’ van
wortel en merksplas, bijvoorbeeld, waar rust zoekende recreanten de plaats
hebben ingenomen van landlopers en vagebonden.
Hoogstraten
Het noordelijkste stadje van belgië heeft zich ontwikkeld langsheen de
statige vrijheid. De naam van de met lindebomen omzoomde straat verwijst naar
het statuut van ‘vrijheid’ dat deze marktplaats verwierf in de middeleeuwen.
Vandaag is hoogstraten een levendig centrum met een gevarieerd aanbod van
winkels en horecazaken. De landelijke deelgemeenten minderhout, wortel, meer en
meerle bieden stemmige plekjes die je het best kan ontdekken langs een reeks
schitterende wandelroutes.
Eén miljoen bakstenen
Het straatbeeld in hoogstraten wordt gedomineerd door de monumentale
sint-katharinakerk (1524-1546). Deze kerk draagt de handtekening van architect
rombout ii keldermans en wordt bekroond door een 105 meter hoge torenspits met
beiaard. In tegenstelling tot de meeste andere gotische kerken is die van
hoogstraten nagenoeg geheel opgetrokken uit baksteen. Die was lokaal aanwezig
waar zandsteen van te ver moest worden aangevoerd. Ook het interieur van
de kerk met schitterende glas-in-loodramen, brusselse wandtapijten en
renaisssance praalgraven is zeker een bezoek waard. Hét pronkstuk is echter het
gotische koorgestoelte, meesterlijk versierd met 172 verschillende
voorstellingen. Vooral de ‘zitterkens’ zijn de moeite waard: 16de eeuws
houtsnijwerk met moraliserende volkse taferelen, waarvan sommigen beweren dat ze
ooit pieter breughel de oude nog hebben geïnspireerd. Vind jij de
‘pilaarbijter’ ?Open : april t/m september van 10-18 u,
uitgezonderd tijdens kerkdiensten
Huizen kijken
De vrijheid is een met geschiedenis beladen plek. Het deken lauweryspad,
waarvan je de brochure kan bekomen in het infokantoor, voert je langs de
belangrijkste historische gebouwen. Aan de oneven zijde zien we bijvoorbeeld het
stadhuis (nr. 149), de gulden coppe. (nr. 173), het knechtjeshuis (nr. 183) en
het gulden vlies (nr. 185). Hun oorsprong gaat meestal terug tot de 16de eeuw.
Aan de even zijde valt het klein seminarie (nr. 234, 1939-1945) op. Omdat hier
vroeger priesters werden opgeleid, stond dit stoere gebouw lange tijd bekend als
het ‘pastoorkesfabriek’. Maar ook heel wat bv’s passeerden hier de revue:
vlaams politicus bert anciaux en voetbalinternational gert verheyen om er maar
enkele te noemen. Vlakbij zie je de sierlijke gevel van het huis artis amore
(nr. 230). Op de plaats waar zich sinds 1564 het meisjesweeshuis bevond, staat
de voormalige rijkswachtkazerne (nr. 208) te wachten op een nieuwe bestemming.
De geschiedenis van het torenijzer (nr. 148) gaat terug tot 1670 toen hier door
toedoen van een engelse koopman een klooster van de engelse karmelietessen werd
opgericht. Tot slot vermelden we nog het voormalig brouwershuis brosens (nr.
110-112), de balsemboom (nr. 58) en opnieuw aan de overkant de pastorie van het
begijnhof (nr. 99).
Een stukje werelderfgoed
De geschiedenis van het hoogstraatse begijnhof gaat vermoedelijk terug tot
14de eeuw. Lange tijd was er slechts een kleine gemeenschap, maar dat veranderde
vanaf het begin van de 17de eeuw toen er 160 begijnen woonden. Daarna gaat het
stilaan bergaf en in 1972 verlaat de laatste begijn het hof. Vijfentwintig jaar
later dokteren burgers van hoogstraten een unieke restauratieformule uit en
zorgen zij ervoor dat het geheel met hulp van de overheid een nieuwe rol krijgt
als habitat voor de lokale gemeenschap. Sinds 1998 prijkt het begijnhof samen
met nog twaalf andere vlaamse begijnhoven op de unesco-lijst van het
werelderfgoed.
De begijn
Alle huisjes worden sinds hun renovatie opnieuw bewoond. De enige begijn die
je hier nog kan tegenkomen vind je in het perkje links bij de entree van het
hof, waar je aan de linkerkant wordt begroet door een fijn gestileerd
beeldhouwwerkje (jef martens, 1999)
Stedelijk museum
In het vroeger conventshuis (nrs. 9-11) kom je meer te weten over de
geschiedenis van het begijnhof en het unieke restauratieproject. Het museum
toont ook werken van alfred ost en de lokale glas-in-lood kunstenaar jan huet.
Het conventshuis bevindt zich op het oudste deel van het begijnhof, met huisjes
die hoofdzakelijk uit de 17e eeuw dateren. De oudste staan achteraan
in de rij (nrs. 14-16). Zij bleven gespaard van de vele branden die het hof in
de loop der tijden teisterden. Open: 1/2 - 23/12: wo t/m zo: 10-17 u.
Begijnhofkerk
Deze bakstenen kerk (1680-1687) in barokstijl werd gebouwd in de bloeiperiode
van de hoogstraatse begijnenbeweging. In het rijke interieur vallen vooral het
houten hoogaltaar op en de merkwaardige communiebank met beelden van de heilige
jozef, begga en catharina.
Baarle hertog-nassau
Nergens ter wereld vertonen landsgrenzen een zo grillig verloop als in
baarle. De innige verstrengeling van belgisch en nederlands grondgebied vormt
dan ook dé attractie in dit unieke dorp.
Spelen met de grens
De maquette bij de sint-remigiuskerk vormt een ideaal startpunt. Met een
eenvoudige druk op de knop kan je achterhalen welk deel van het dorp belgisch is
(hertog) of nederlands (nassau). De grenslijnen zijn op sommige plaatsen in de
bestrating aangegeven met koperen spijkers. In het toeristisch infokantoor kan
je terecht voor de brochure ‘baarle uniek en levendig enclavedorp’. Hierin
vind je een stukje historische achtergrond en een aantal leuke anekdotes. Vraag
er meteen ook de folder van de boalse smokkelroute, een enclavewandeling die je
over vroegere smokkelpaden langs de meest merkwaardige plekjes voert. Nagenieten
kan je op de singel, het gezellige marktplein met zijn vele horecazaken.
Kathedrale kaarsenmuseum
De collectie kathedrale kaarsen van frits spies – alles bij elkaar zo’n
40 kunstwerken - mag zonder overdrijven uniek in de wereld worden genoemd. Stuk
voor stuk monumentale kaarsen, uitgewerkt met veel oog voor detail en getuigend
van een uitzonderlijke passie voor religieuze thema’s. Spies werkte onder meer
twee jaar aan een reproductie in bijenwas van het ‘laatste avondmaal’ van da
vinci. Het resultaat is een groots werkstuk van 2 bij 1,5 meter, waarin niet
minder dan 2.000 kilo bijenwas werd verwerkt. Kathedrale kaarsenmuseum,
kerkplein 2, baarle-hertog, tel. 014-69 96 62. Open van april t/m oktober :
dinsdag t/m donderdag van 11-17 u en vrijdag t/m zondag van 12-17 u ; van
november t/m maart : zaterdag en zondag van 12-17 u. Gesloten met
nieuwjaar, pasen, pinksteren en kerstmis. Toegang : € 3,00 p.p.
(kinderen, 65+ en groepen : 2€).
Smokkelklomp en boalse babbel…
Baarle was eertijds een gedroomde smokkelplek. Tientallen smokkelpaden
doorkruisten baarle van winkels tot boerderijen. In het brouwershuys wordt dit
verleden in een klein museum met smokkelattributen levendig gehouden. Je kan er
bijvoorbeeld kennismaken met de smokkelklomp : een speciale klomp die
gedragen werd met de hiel onder de tenen en de teenzoon onder de hielen. Dat
kwam goed van pas voor wie de achtervolgende ‘commiezen’ op het verkeerde
spoor wou zetten. Maar de douanebeambten zelf hadden ook zo hun truukjes. Vraag
de waard van het brouwershuys maar eens waarom ‘hoogzwangere’ vrouwen op
tijd en stond bij de kachel werden gezet ! Naast smakelijke verhalen kan je
in het brouwershuys overigens ook terecht voor 700 smakelijke biersoorten en
streekproducten.
Brouwershuys, molenstraat 42, baarle-hertog, tel. 014-69 94 03,
www.brouwershuys.be. Proeflokaal, biercuriosa, grens- en smokkelattributen. Open
dinsdag t/m zondag van 10-18 u.
Merksplas
Merksplas is een uitgestrekte landelijke gemeente met een verscheidenheid aan
landschappen en domeinen. Die kan je het best ontdekken langs de vele wandel-,
fiets- en ruiterroutes. Onderweg kom je zo voorbij oude moerputten en de resten
van een middeleeuwse motteburcht, vol verbazing over de stilte, het rustgevende
groen en de gehuchtjes weggestoken tussen de mastbossen, akkers en weiden.
Kolonies in eigen land
Merksplas is in heel belgië vooral bekend om zijn gevangenis en het centrum
voor uitgeprocedeerde asielszoekers, gelegen in een schitterend beschermd gebied
van zo’n 600 hectare. Een uniek stukje europees erfgoed waar je volop
straffeloos kan slenteren! Deze kolonies dateren uit de periode van het hollands
bewind (1815-1830) toen in merksplas landlopers, vagebonden en bedelaars
gedwongen tewerkgesteld werden op de grote hoeve of in een technische afdeling
binnen de gevangenis. Geleidelijk aan ontstond er zo een compleet dorp met
woningen voor cipiers en directie, een schooltje, hotel en postkantoor. Vandaag
kom je vooral onder de indruk van het gevarieerde landschap met eindeloze
dreven, ringgracht en bossen, weiden en akkers en een rijke fauna en flora. De
indrukwekkende kapel waar geregeld tentoonstellingen plaatsvinden, vormt tevens
een uitstekend startpunt voor een wandeling door de kolonie. Je kan kiezen
tussen het vagebondjespad (5,8 km) en het ontsnappingspad (11,2 km). De toegang
tot het domein bevindt zich op de weg naar rijkevorsel, 2,5 km buiten het
centrum van merksplas.
Over merksplas, mark en merkske
De mark, gelegen in het maasbekken, ontspringt in de buurt van het turnhouts
gehucht koekhoven, vloeit in rijkevorsel samen met de kleine mark en het merkske
in minderhout, om in meersel-dreef belgisch grondgebied te verlaten. De naam
merksplas verwijst naar grote vennen, plassen en poelen in het landschap en mark
duidt op een grenssituatie door zijn ligging pal op de belgisch-nederlandse
grens.
In het brongebied van de mark kan de ‘moerenwandeling’ volgen, met start
aan het kerkje van het geheul. Je wandelt langs de kasteeltjes, met een unieke
populatie van weide- en watervogels, de hoogmoerheide, het enige heidelandschap
in de regio, en het moer; een combinatie van turfvennen, kwelwaters, de
restanten van een windwatermolen en het diep uitgesneden beekdal van de
noordermark. Als je vervolgens de mark volgt, kom je in het carons hofke, een
vroegere pastorij waar de romeinse wandeling start, en het pannenhuis, het
oudste gebouw van merksplas (1654) en oorspronkelijk een afspanning met
brouwerij. Aan de diept snijdt vervolgens de mark de landloperskoloniën van
wortel en merksplas pal doormidden. Deze markvallei en de landloperskoloniën
kan je het best verkennen door de landlopersroute te wandelen, vertrekplaats op
het kerkplein van merksplas.
Rijkevorsel
Het centrum van dit oude kempense dorp wordt beheerst door een gotische toren
uit de 16de eeuw die samen met een fraai gevelfragment dateert van de
vroegere st. Willibrorduskerk . Vlakbij kan je rustig picknicken aan de fraai
gerestaureerde bergmolen. De landelijke gemeente kreeg in de tweede helft van de
19de eeuw een belangrijke impuls door de aanleg van de turnhoutse
vaart en de steenbakkerijen die zich in de buurt ervan ontwikkelden. Enkele
waterplassen, soms waardevolle natuurreservaten zoals de bonte klepper, zijn
stille getuigen van de toenmalige kleiwinning.
Wandelen tussen achtel en bolk
Rijkevorsel is een typische plattelandsgemeente. Je vindt er nog verstilde
gehuchten, zoals achtel, die teruggaan tot de middeleeuwen. Op de biest van dit
straatgehucht zie je een charmant gotisch kapelletje (1475). Hoewel het is
toegewijd aan onze-lieve-vrouw van zeven weeën, wordt hier ook sint-antonius
vereerd. Op 17 januari of de zondag daarna, worden bij de kapel onder grote
belangstelling per opbod varkenskoppen verkocht. De lokale gildenbroeders en
–zusters brengen bij die gelegenheid ook eeuwenoude volksdansen zoals ‘de
kadril van achtel’ en ‘de klepperwals’. Naast de kapel bevindt zich het
voetstuk voor het ‘karrewiel’, dat bij carnaval gebruikt wordt bij het
‘haankappen’ of ‘haanrijden’.
Zo’n ander verstild gehucht is bolk. Het landschap tussen achtel en bolk
vertoont nog sporen uit de periode toen zich hier de kustlijn van de noordzee
bevond, zo’n 2 miljoen jaar geleden. Waar in de vroegere waddenzee kreken
lagen, kabbelen nu de bolkse beek en de kleine mark. Dit relictlandschap laat
zich het best verkennen langs het louis domspad (6,5 en 8,5 km, vertrekplaats
kapel van achtel) of langs het keirschotpad (7,8 km, vertrekplaats hoek
bolk-koestraat). In ’t bolks heike kan je je achteraf tegoed doen aan een
guinness van ’t vat.
Vallei van de grote nete
Een hart voor het verleden
Westerlo – Geel – Herselt – Hulshout – Laakdal – Meerhout
In het zuiden van de Antwerpse Kempen kronkelt de Grote Nete door een
prachtig landschap van uitgestrekte bossen, akkers en weilanden. Fiets- en
wandelgrage gezinnen vinden hier een klein paradijs. Maar ook het verleden is
nooit veraf. De prachtige kasteeldomeinen van de Merode, de imposante abdij van
Tongerlo en de beklijvende Sint-Dimpnalegende nemen je terug in de tijd.
Plaatselijke klompenmakers, wijnbouwers en molenaars laten je op hun beurt
kennismaken met eeuwenoud Kempens vakmanschap.
Westerlo
Westerlo eigent zich de titel ‘Parel van de Kempen’ toe. Terecht, want
deze gemeente aan de Grote Nete straalt een aparte klasse uit. De adellijke
familie de Merode en de norbertijnen van Tongerlo zijn er nadrukkelijk aanwezig
met enkele riante monumenten. In de bosrijke omgeving rijgen prachtige
natuurgebieden zich aaneen.
Een charmant dorp
De Grote Nete slingert schilderachtig doorheen Westerlo. Het levendige
dorpscentrum, met imposant kasteel van de Prins de Merode, bevindt zich op de
noordoever van de rivier. Via een korte wandeling ontdek je er de leukste
plekjes. Centraal ligt het Frankische marktplein met eeuwenoude gerechtslinde en
het marmeren monument voor graaf Henri de Merode. Het plein wordt omzoomd door
enkele statige burgerwoningen. Let even verderop, in de Van Gansenstraat, op het
Boerenkrijgmonument. Het is een eresaluut aan Emmanuel Jozef Van Gansen en
Albert Meulemans, inwoners van Westerlo en strijders tegen de Franse
overheersing. Van Gansen leidde een Kempens leger van 10.000 Brigands. Wandel
tenslotte ook langs de Boerenkrijglaan. Hier wisselen fraaie
burgerwoningen elkaar af. Op nr. 61 bevindt zich het ‘Nieuw Kasteel’ van
Jeanne de Merode’, het huidige gemeentehuis.
Het land van de Merode
In de 15e eeuw kwam Westerlo in het bezit van de adellijke familie
de Merode. Dit invloedrijke kapitaalkrachtige geslacht oefende er tot aan de
Franse Revolutie onafgebroken het gezag uit. Ook nadien drukte de familie haar
stempel op het plaatselijke leven. Het luisterrijkste gebouw van Westerlo is
ontegensprekelijk het kasteel van de Prins de Merode in de Polderstraat. Het
overgrote deel dateert uit de 16e eeuw, de centraal gelegen donjon
uit de 13e eeuw. Het kasteel met bijbehorend landschapspark wordt nog
steeds bewoond door afstammelingen van het oude geslacht. Het is toegankelijk
tijdens de Kasteelfeesten, het eerste weekend van juli. Een tweede kasteel, dat
van gravin Jeanne de Merode ligt in de Boerenkrijglaan. Het is een imposant
neogotisch gebouw uit 1910. De eigenares, in de volksmond ‘juffrouw Jeanne’
genoemd, was ongehuwd en 56 jaar oud toen zij haar kasteel liet bouwen. Na haar
dood erfden de zwartzusters Augustinessen het kasteel. In 1972 kocht het
gemeentebestuur het aan, waarna het als gemeentehuis in dienst werd genomen. In
de inkomhal vinden geregeld tentoonstellingen plaats.
Op bezoek bij de Witheren van Tongerlo
Op verzoek van een plaatselijk grootgrondbezitter kwamen omstreeks 1130
enkele norbertijnen zich op zijn landgoed in Tongerlo vestigen. Zo ontstond de
abdij van Tongerlo. De jonge kloostergemeenschap legde zich, naast koorgebed en
bezinning, toe op het ontginnen en in cultuur brengen van landbouwgrond. Tijdens
de grootste bloeiperiode lagen de abdijgoederen verspreid over het hele
hertogdom Brabant, dat de provincies Noord-Brabant (NL), Antwerpen,
Vlaams-Brabant, Waals-Brabant en Brussel omvatte. Met de inkomsten kon de abdij
op grote schaal aan liefdadigheid doen. Vandaag bestaat ze 876 jaar. Wie de
abdij bezoekt kan niet anders dan onder de indruk komen van het enorme
kloostercomplex. Een eeuwenoude lindedreef leidt via het poortgebouw naar het
abdijplein. Rond het plein ontdek je talrijke historische gebouwen zoals het
bisschopshuis, de prelatuur en de onlangs gerestaureerde abdijkerk. Centraal
staat de Boerenkrijgschuur. Hier lopen een permanente tentoonstelling over de
geschiedenis van de abdij en een film over het kloosterleven. In het winkeltje
van de oude abdijhoeve vind je brood, kaas, bier, honing, speculaas en andere
ambachtelijke producten.
Het da Vincimuseum herbergt één van de schatten van de abdij. Hier wordt
een replica van het befaamde ‘Laatste Avondmaal’ tentoongesteld. Leonardo Da
Vinci schilderde het in 1495 op de reftermuur van het dominikanenklooster Santa
Maria delle Grazie in Milaan. De replica, gebruikt als voorbeeld tijdens de
restauratie van het origineel in Milaan, is waarschijnlijk van de hand van een
leerling van de meester. Het doek werd in 1545 door de toenmalige abt
aangekocht. Tijdens de zomermaanden vinden in het museum geregeld tijdelijke
tentoonstellingen plaats Abdijstraat 40, 2260 Westerlo tel. 014-53 99 00 – fax
014-53 99 08 – www.tongerlo.org
Open (museum): mei t/m september: dagelijks 14-17 u., maart, april en
oktober: zo 14-17 u.
Natuurschoon
Rust, groen en natuur zijn hier alomtegenwoordig. Niet minder dan 127 ha bos
en vijf prachtige natuurgebieden staan garant voor wandel- en fietsplezier dat
je nauwelijks op kunt in één enkele vakantie. Drie gebieden verdienen
bijzondere aandacht.
‘De Beeltjes’ is een prachtig bos met een rijke variatie aan naald- en
loofbomen. Dit voormalige jachtgebied van Jean Philips Eugène de Merode,
vormt een netwerk van statige dreven. Aan de rand ligt een landduin, de Asberg,
vroeger ook wel Alverenberg genoemd omdat men dacht dat er elfen huisden.
‘De Kwarekken’ is een populaire wandelplek aan de boorden van de Grote Nete.
Dit laaggelegen, drassige gebied kent een mooie collectie moerasplanten. De
Kwarekken sluit naadloos aan op de Beeltjes. Tesamen vormen zij een uniek stukje
natuur in het centrum van WesterloParkeergelegenheid voor 3 gebieden aan het
gemeentehuis of aan jeugdherberg Boswachtershuis, Papedeef 1, 2260 Westerlo
Geel
Geel, de Barmhartige stede, staat wereldwijd bekend om de unieke wijze van
verzorging van geesteszieken: de gezinsverpleging. Het is een uitgestrekte
gemeente. Niet minder dan 10 landelijke kerkdorpen omringen de stedelijke kern.
Hier wisselen oude natuurgebieden, bossen en duinen af met akker- en weilanden.
Barmhartige stede
Geel is al sinds de Middeleeuwen een toevluchtsoord voor geesteszieken. Aan
de oorsprong ligt de legende van de Heilige Dimpna. De legende verhaalt hoe de
Ierse koningsdochter Dimpna in het jaar 600 door haar waanzinnige vader in Geel
werd onthoofd. In de daaropvolgende eeuwen riep men de Heilige Dimpna aan ter
genezing van allerlei geesteskwalen. Haar graf werd een bedevaartsoord voor
geesteszieken. In de beginperiode verbleven de ‘besetene en onnoosele
pelgrims’ gedurende 9 dagen in de ‘ziekenkamer’, een tegen de
Sint-Dimpnakerk aanleunend gebouw. Later plaatste men de zieken bij burgers in
de omgeving. In de loop der eeuwen volgden herhaaldelijk aanpassingen en nieuwe
verordeningen terzake. Vandaag verblijven nog zowat 550 patiënten bij Geelse
gezinnen. De gezinsverpleging staat meer dan voorheen model in de psychiatrische
verzorging, als humaan alternatief voor een langdurige ziekenhuisopname.
De Gotische Sint-Dimpnakerk (14e eeuw) is gebouwd op de plaats waar
volgens de legende de H. Dimpna was begraven. De kerk kent een rijk interieur
met meerdere merkwaardige kunschatten waaronder het renaissance praalgraf van de
familie de Merode (1544) en het beroemde Sint-Dimpnaretabel (1515). Dit stelt in
21 luiken de geboorte, leven, vlucht, onthoofding en verering van de H. Dimpna
voor. Achteraan in de kerk tref je de cellen voor de zieke pelgrims aan.
Sint-Dimpnaplein, 2440 Geel
Open: 1/4 – 30/9: di t/m vrij en zo 14-17u.
De gezellige Geelse markt wordt gedomineerd door de laatgotische
Sint-Amandskerk. Loop er zeker even binnen. Het mooie interieur is overwegend
barok. Gerenommeerde kunstenaars, onder wie Theodoor Verhaegen, waren hier aan
het werk. Het standbeeld voor de kerk brengt hulde aan de gezinsverpleging. Rond
het plein verdringen zich enkele tientallen cafés en bistro’s. Het is de
ideale plek voor een korte rustpauze. Je kan er proeven van de Geelse Zeunt, een
blond volmoutbier van hoge gisting.
Markt, 2440 Geel,
open: 1/4 - 30/9: di /m vrij en zo 14-17u. Gans jaar: di 10-12 u.
Van graan tot brood
Aan de Zeggedijk in het gehucht Ten Aard, rijst de Molen van ’t Veld boven
het landschap uit. Deze houten standaardwindmolen (1796) werd in 1992 van Elsum
overgebracht. Naast de molen ligt de Worfthoeve. De oude langgevelhoeve herbergt
een bakkerijmuseum. De heer des huizes is niet alleen een verwoed verzamelaar
van oude bakkersproducten maar ook een uitstekend stielman. De Kempense
tradities staan er centraal. Museum en molen vormen een leuke stopplaats tijdens
je fietsuitje. Op korte tijd leer je er alles over de verwerking van graan tot
brood.
Molen van ’t Veld, Zeggendijk, 2440 Geel, tel. 014-57 09 50 (Toerisme Geel)
Open 1/4 - 30/9: zondagnamiddag 13-18 u.
Bakkerijmuseum, Worfthoeven 5, 2440 Geel, tel. 014-57 09 50 (Toerisme Geel)
Open 1/4 - 30/9: zondagnamiddag 13-18 u.
Mooie landschappen
De stad Geel ligt tussen de Kleine en de Grote Nete. Hierdoor vind je er een
mooie verscheidenheid aan landschappen, van laaggelegen moerasgronden tot
hooggelegen bossen. De stad telt enkele onvermoed mooie stukjes natuur zoals het
Malesbroek, de Belse Bossen en de Zegge.
Het Malesbroek is een 100 ha groot waterlandschap aan de oevers van de Grote
Nete. Het is een waar vogelfestijn en kent een rijke variatie aan biotopen. Je
bereikt het via de Netebrug in Winkelomheide. Van hieruit volg je het
bewegwijzerde wandelpad door het reservaat.
Fervente wandelaars trekken naar de Belse bossen. Bel is een vrij afgelegen,
eeuwenoude parochie. Volgens de Gelenaars lag het aan ‘het eind van de
wereld’. Het charmante gehucht wordt omringd door een prachtig landschap met
oude paraboolduinen en bossen, de zogenaamde ‘Belse bossen’. Ze vormen een
trekpleister voor recreanten en jeugdgroepen, die hier naar hartelust wandelen
en ravotten. Je hebt er keuze uit 4 bewegwijzerde wandelpaden.
Natuurreservaat de Zegge ligt in de vallei van de Kleine Nete en is het
overgebleven gedeelte laagveengebied van wat vroeger het "Geels
Gebroekt" was.
Het natuurreservaat kent een zeer uitzonderlijke fauna en flora maar is
strict privé en bijgevolg niet vrij toegankelijk. Voor groepsbezoeken kan
je terecht bij conservator Marcel Verbruggen, tel. 03 383 15 57.
Herselt
Herselt ligt in het uiterste zuiden van de Antwerpse Kempen. Hier raakt de
Kempen het Hageland en wisselen uitgestrekte bossen af met glooiende heuvels.
Fietsers en wandelaars zijn alvast gewaarschuwd, een kleine klim behoort tot de
mogelijkheden!
Wijngaard Ten Kapittelberg
Het lijkt even onwaarschijnlijk als een ijsberg op de Grote Nete, maar in
Herselt ligt een prachtig wijndomein. De 14.000 wijnstokken op de zuidflank van
de Kapittelberg leveren de ‘Witte Kapittel’, een droogfruitige witte wijn.
Je kan hem proeven in de bijhorende eeuwenoude wijnschuur. Wie denkt dat
wijncultuur in Vlaanderen een modegril van de jongste jaren is, moeten we
teleurstellen. Al in de 15e en 16e eeuw leverde deze
wijnheuvel de miswijn voor de abdijen van Tongerlo en Averbode. De oude naam van
de wijngaard ‘Aen het Kapittel’ bewijst de historische link met beide
abdijen.
Blauwbergsesteenweg 47, 2230 Herselt, tel. 014 54 85 35, www.kapittelberg.be,
info@kapittelberg.be, Open
(wijnschuur): 1/5 – 30/9: 14-22 u. Overige periode: zo 14-22 u.
Hertberg
Het wandeldomein Hertberg (296 ha) behoort tot de Merodebossen, een groene
gordel van 1.500 ha die zich uitstrekt van Westerlo tot Averbode. Je treft er
een indrukwekkende verzameling dennen en loofbomen aan, sommige meer dan
een eeuw oud. Bewegwijzerde wandelpaden maken het domein toegankelijk voor alle
leeftijden. De gezellige herberg Mie Maan, gelegen aan het rand van het bos,
vormt de ideale uitvalsbasis: hier vertrekt het groene (6 km), rode (4 km) en
blauwe (3,5 km) wandelpad.
Wie er liever steviger tegenaan gaat, start aan Mie Maan voor de
mountainbikeroute ‘Hertberg’. Het traject telt 3 lussen, samen goed voor 42
km puur rijplezier langs één van de pittigste parcours voor
dikkebandenfietsers in de Antwerpse Kempen.
Herberg Mie Maan, Diestsebaan 28, 2230 Herselt, tel. 014 54 40 28
Willem Elsschot
Dat de natuur hier niemand onberoerd laat, bewijst ook schrijver Willem
Elsschot. Alfons de Ridder bracht in zijn studententijd vele vakanties door in
het gehucht Blauberg bij verwanten van zijn moeder. Hij werd er zo bekoord door
het natuurgebied Helschot, dat hij er zijn schrijversnaam aan ontleende. Aan de
kerk van Blauberg staat een beeldje ter nagedachtenis van de schrijver.
Hulshout
De Grote Nete meandert prachtig door Hulshout en snijdt de gemeente als het
ware doormidden met de deelgemeenten Houtvenne en Westmeerbeek op de zuidoever
en Hulshout-centrum op de noordoever van de rivier.
Het dorpsplein Prof. Dr. Celen
De naam van het dorpsplein verwijst naar één van de bekendste oud-inwoners
van Hulshout, Prof. Dr. Vital Celen, leider van de vooroorlogse Vlaamse Beweging
in Frans-Vlaanderen. De Sint-Mattheuskerk domineert het plein. Twee erg
waardevolle laat-gotische retabels sieren het interieur van de kerk: het
Passieretabel (1408) op het hoogaltaar, en het Mattheusretabel (1500). Beide
zijn volledig uit hout gesneden en veelkleurig beschilderd. Voor de kerk staat
het monument ter ere van de gesneuvelden. Het stelt ’t Toreke voor. Het
origineel vind je terug op de beemden van de Grote Nete, langs de
Booischotsesteenweg. Dit merkwaardig oud en smal bouwsel duidt daar sinds 1836
de plaats aan tot waar de naburige gemeente Booischot de weg betaalde. Het meet
4 m hoog en werd vervaardigd uit ijzerzandsteen.
7 mooie wandelpaden
De beemden langs de Grote Nete leveren talrijke schilderachtige plekjes op.
Ter hoogte van de Herenbossen is het er heerlijk wandelen. De bordjes van het
Netepad tonen je de weg. In totaal beschikt Hulshout over 54 km bewegwijzerde
wandelpaden, opgedeeld in 7 themaroutes. Elke route brengt je naar een andere
hoek van de gemeente. De bijhorende brochure verhaalt de lokale geschiedenis en
beschrijft de belangrijkste bezienswaardigheden op het traject.
Kasteel ter Borght
Westmeerbeek herbergt het monumentale kasteeldomein ter Borght (1780),
eertijds het riante zomerverblijf van de familie de ’t Serclaes. Het
classicistische kasteel wordt omgeven door een prachtig landschapspark met
vijver. Kasteel en park zijn privé en helaas gesloten voor publiek. Via de
Laak- en Neteroute fiets je er voorbij. Heide 40, Westmeerkbeek
Laakdal
Veerle, Eindhout en Vorst vormen samen het groene Laakdal. Wandelgrage
gezinnen vinden hier een klein paradijs. Maar ook het verleden is nooit veraf.
Enkele oude monumenten, zoals de eeuwenoude Sint-Gertrudiskerk en de statige
pastorie van Vorst, sieren het gemeentelijk patrimonium. Het levend
Klompenmuseum van Eindhout neemt je terug in de tijd.
Klompenmuseum
Wist jij dat Laakdal vroeger het Mekka van de Kempense klompennijverheid was?
Via talrijke kleine bedrijven werden de omliggende gemeenten bevoorraad met
degelijk schoeisel. In het Klompenmuseum van Eindhout herleeft dit oude ambacht
via boeiende tentoonstellingen en demonstraties. De uitgebreide collectie
vertelt de geschiedenis van de klompenmakerij. Daarnaast toont een klompenmaker
je live alle knepen van het vak. Als afsluiter kan je een paar originele
Laakdalse klompen aankopen.
Klompenmuseum Eindhout, Eindhoutdorp 13, Eindhout, tel. 014 86 60 75, open:
april-september: 1ste zo van de maand, 14-18 u.
Laakoevers en andere schilderachtige plekjes
Het fraaie natuurschoon is hier attractie nr. 1. De uitgestrekte bossen
reiken tot aan de abdij van Averbode, op de grens met Vlaams-Brabant. Niet
minder dan 75 km wandelwegen en 50 km fietsroutes doorkruisen de gemeente. En
her en der verspreid over het grondgebied van het riviertje De Laak vind je
prachtige stukjes ongerepte natuur. De topografische wandelkaart, met 10
bewegwijzerde wandelingen, wijst je de weg. De afstanden variëren tussen 3 en 9
km. Zowel een beginnend stapper als een geoefende wandelaar vindt hier zijn
gading!
Meerhout
‘Het is een dorp als (g)een ander’ (Zjef Van Uytsel, kleinkunstzanger en
Meerhoutenaar)
Meerhout is een rustige plattelandsgemeente in het uiterste zuidoosten van de
Antwerpse Kempen. De gemeente draagt de titel ‘wandel- en molendorp’. 10
thematische wandelpaden doorkruisen het grondgebied. Ze tonen je de mooiste
plekjes en verhalen elk een eigen stukje van de Meerhoutse geschiedenis.
Historisch marktplein
Het historische marktplein van Meerhout vormt de ideale startplaats voor je
ontdekkingstocht. Het plein werd in 1994 mooi gerenoveerd en telt enkele
waardevolle monumenten waaronder de typische kiosk en twee oude patriciërswoningen,
het Drossaards- en het Koning Davidshuis. Je wordt er verwelkomd door de
Marktvrouw. Dit beeldhouwwerk van plaatselijk kunstenaar Antoon, is een ode aan
de paraderende dames op de donderdagse markt. De vier zuilen symboliseren de
vier Meerhoutse parochies.
Meerhout-Molendorp
De titel ‘Meerhout-Molendorp’ is geen grootspraak. De gemeente speelde
een trekkersrol bij de herwaardering van het Vlaamse Molenpatrimonium en
telt drie gerestaureerde molens. De Prinskensmolen is de oudste molen van de
Antwerpse Kempen. In de 16e eeuw was hij eigendom van de Prinsen van
Oranje, aan wie hij zijn naam ontleent. De Zittaartse molen is een houten
standaardmolen die in 1979 van Haenven naar Zittaart verhuisde. Molenaar Karel
Heuvelmans is de laatste telg uit een oud molenaarsgeslacht. De geschiedenis van
de watermolen gaat terug tot 741. Door de eeuwen heen verzette hij heel wat werk
van graan en schors malen, elektriciteitsvoorziening tot slijpmolens voor
diamant aandrijven.
Wandelaars rijgen de drie molens aaneen via het 11 km lange molenpad. Fietsers
kiezen voor de monumentenfietsroute.
Prinskensmolen, Meerhout-Berg, open van 1/5 -30/9: elke laatse zo v/d maand
Zittaartse Molen, Lindestraat Meerhout-Zittaart, open: na afspraak
De Watermolen, Watermolen 7, Meerhout, toegankelijk tijdens de openingsuren van
de taverne.
Vzw Levende Molens
De Antwerpse Kempen tellen een 30-tal molens. Ze symboliseren 1.000 jaar
vakmanschap, natuurbeheersing, macht en rijkdom. Aan het begin van de 20ste
eeuw verdween het economische belang van de molens en werden vele gesloopt. Vzw
Levende Molens pleit voor het behoud en de restauratie ervan. Info: www.levendemolens.be
Land van turnhout
Natuur omhelst cultuur
Turnhout – Arendonk – Beerse – Oud-Turnhout – Ravels – Vosselaar
In 1356 werd turnhout de hoofdplaats van het land van turnhout, ooit nog de
bruidsschat van maria van brabant. Tegenwoordig is het de hoofdstad van de
antwerpse kempen. De 6 gemeenten van dit “land” vormen een groene rand rond
een cultuurhistorisch centrum. Dat groene ommeland, het voormalige jachtdomein
van de hertogen van brabant, leent zich dan ook uitstekend voor wandel- en
fietstochten. Vandaag loopt het kanaal dessel-turnhout-schoten als een blauwe
draad door het land van turnhout met z’n uitgestrekte bossen, stuifduinen,
tumuli, valken, vennen en gezegend met een rijk religieus verleden.
Turnhout
Er is beweging in turnhout, en dan hebben we het niet enkel over de vele
fietsers, wandelaars en winkelende mensen uit de wijde omgeving. Allemaal
vertoeven ze graag in deze keitoffe speelkaartenstad vlakbij de nederlandse
grens. Turnhout is als het ware de nederlandse poort naar de antwerpse kempen en
vlaanderen, zeker nu de stad ook een prachtige nieuwe jachthaven bezit. En daar
blijft het niet bij. Er bestaat zelfs al een “turnhouts model”. Ontdek aan
de hand van een wandeling de toeristische, gastronomische en culturele troeven
van deze lichtstad in het ongerepte groen op bijna loopafstand van het centrum.
Sedert de middeleeuwen is het marktplein een belangrijk knooppunt van
wegen. Die oude hoofdwegen vormen nog steeds de gezellige winkelstraten van
turnhout.
Sint-pieterskerk
De blikvanger in deze collegiale kerk op de grote markt is de prachtige
preekstoel met de voorstelling van de wonderbaarlijke visvangst. Een
beiaardconcertje meepikken op één van de vele gezellige terrasjes is telkens
een streling voor het oor. Dat kan ook niet anders met zo’n prachtig
gerestaureerde van den gheyn-beiaard met 52 klokken.
De smalle gezellige bloemekensgang lijkt misschien wel een oud stukje
turnhout, maar eigenlijk werd het straatje pas in 1978 aangelegd. Via het
tweetorentjesplein met de gerestaureerde paardenstallen van baron frans du four,
ga je richting zegeplein met het monument voor de turnhoutse helden van wo i.
Gezellig turnhout, evenementenstad bij uitstek
Turnhout, met zijn charmante hoekjes, zijn rijk aanbod aan cafés, tavernes,
snackbars, eethuizen en klasserestaurants verwent elke levensgenieter. Talrijke
kroegen nodigen uit tot babbelen tot in de late uurtjes, zeker na een
bioscoopbezoek of een theatervoorstelling. Turnhout bezoeken tijdens één van
de vele evenementen in de zomermaanden (o.a. Turnhoutse vrij-dagen en terras
theater) is puur genot. Culinaire hoogstandjes vind je bij de restaurants die
zich verenigden onder de noemer turnhout culinair. Als winkelstad is er alles:
van het kleine gespecialiseerde winkeltje tot de grote filiaalwinkels. In de
winkelstraten, kleine steegjes en op pleintjes vind je soms de boeiendste
verrassingen.
Het turnhouts model
Turnhout ontwikkelt woongelegenheid in groene woonbuurten aan de stadsrand,
aan het water en rond gezellige pleinen in de binnenstad. Het project beleef het
water aan de nieuwe kaai legt een link tussen water- en landrecreatie. Het
project campus blairon hervormt de bekende opleidingskazerne tot een diensten-,
bedrijven- en scholencentrum met een speciaal accent op grafische communicatie.
En op de brepolssite komt er een leefproject met wonen, groen, winkelen,
parkeren en horeca. Ook tussen de begijnenstraat en de patersstraat staan
verrassende ontwikkelingen in de startblokken terwijl de warandestraat met de
jacobsmarkt langzaam maar zeker uit de ruïnes herrijst. Turnhout is dus
uitermate boeiend in het centrum en omringd op bijna loopafstand door ongerept
groen, met mogelijkheden tot zalig ontspannend wandelen en fietsen. Als dat geen
dynamisch model is…
Begijnhof
Wanneer je het pleinbegijnhof van turnhout betreedt, kom je in een andere
wereld terecht: een centrale open ruimte met bijna identieke huisjes, kasseien,
bomen, hagen, waterpompen en smeedijzeren straatlantaarns.
Dit stukje unesco-werelderfgoed werd in de 13de eeuw opgericht in
het voormalige park rond het kasteel, de warande genoemd. Momenteel verblijven
er vooral bejaarden die de volksdevotie nog in ere houden: zo is er bv. De
jaarlijkse processie in september en de kaarsjesverlichting op 24 december.
In de barokke begijnhofkerk is er elke zondag om 9.00 u een in het
gregoriaans gezongen mis en om 15.00 u is het lof. Kortom, geniet hier vooral
van de sfeer. Het begijnhofmuseum-tram 41, het grootste van vlaanderen, toont
hoe de begijnen leefden en werkten.
Begijnhof 56, 2300 turnhout, tel. 014 42 12 48, www.turnhout.be/begijnhofmuseum
open: di t/m za: 14-17 u. – zo: 11-17 u.
Kasteel
Nogal wat steden ontstaan aan een stroom. Turnhout daarentegen is gegroeid
rond een kasteel, het vroegere jachtverblijf van de hertogen van brabant. In de
12de eeuw waren de bossen van turnhout en oud-turnhout bij de hoge
adel erg vermaard als jachtgebied. Het kasteel werd echt bewoonbaar gemaakt
onder maria van hongarije, die het in 1546 samen met de hele stad kreeg van haar
broer keizer karel v. Zij liet ook een leeszaal inrichten met een driehonderdtal
boeken. Die werden na haar vertrek uit turnhout overgebracht naar brussel. Maar
weinig mensen weten dat uit die collectie de koninklijke bibliotheek is
gegroeid. In dit kasteel, dat tegenwoordig als rechtbank dienst doet, werd ook
het proces van noppen afgehandeld.
Via het bekende cultuurcentrum de warande loop je via de sint-antoniusstraat
door de gasthuisstraat, waar de verzetsstrijder van der mersch met zijn
patriottenleger de veel sterkere oostenrijkse regimenten versloeg tijdens de
slag van turnhout in 1789. Tegenwoordig is het dé handelsstraat van turnhout,
die zelfs in het monopoliespel mocht meespelen. Via de hofpoort en de
driezenstraat komen we in de herentalsstraat.
Door de fabriekstraat komen we in de druivenstraat, waar we een andere
trots van turnhout vinden:
Nationaal museum van de speelkaart-tram 41
In dit prachtig vernieuwde museum, een voormalige fabriek, sta je
versteld hoeveel er over speelkaarten te zien en te vertellen valt. Je kan er op
interactieve wijze kennismaken met de geschiedenis van de grafische nijverheid
in turnhout.
Naast een uitgebreide unieke collectie speelkaarten en drukpersen vind je
hier ook een fraai gerestaureerde stoommachine, enig in europa
Druivenstraat 18, 2300 turnhout, tel. 014 41 56 21, www.turnhout.be/speelkaartmuseum
open: di t/m za: 14-17 u. – zo: 11-17 u.
De turnhoutse speelkaart
speelkaarten, yu-gi-oh en magic the gatheringkaarten zijn hét turnhoutse
exportproduct bij uitstek. Dagelijks rollen er 600.000 spellen van de band bij
carta mundi. Alles is begonnen met pieter corbeels, de verzetsleider van de
kempense brigands in de franse tijd (1796-98). Hij ontwierp en drukte de
pamfletten waarin de plaatselijke bevolking tot verzet en opstand werd
aangemaand. De populariteit van de speelkaart steeg enorm toen ze eind 19de
eeuw ontdekt werd als reclamedrager. Kort nadat drukker brepols in 1826 als
eerste in turnhout speelkaarten was beginnen aan te maken, kreeg hij al meteen
concurrentie van zeven andere producenten. De afzetgebieden deinden gestaag uit
en zo ging de turnhoutse kaart de wereld rond.
Op wandelafstand van de grote markt vind je ook het vroegere
wielewaalmuseum.Natuurpunt museum-tram 41
De wielewaal vzw en natuurreservaten vzw fusioneerden tot natuurpunt en
vormden een toch wel apart museum. Een vaste collectie opgezette vogels en
dieren die behoren tot de fauna van de kempen wordt hier afgewisseld met
tentoonstellingen rond het thema natuur. Daarnaast kan je er ook een mooie
educatieve stadstuin bezoeken.
Graatakker 11, 2300 turnhout, tel. 014 47 29 55, www.natuurpunt.be
open: di t/m za: 09-17 u; zo enkel op afspraak
De groene gordel van turnhout
De ondiepe kalkarme plassen ten noorden van het turnhoutse stadscentrum
(zoals bv. Het zwart water, het koeiven en het zandven) vormen een uiterst
waardevol natuurgebied: het turnhouts vennengebied. De vennen worden gevoed door
zowel afstromend oppervlakkig regenwater als door infiltrerend grondwater. De
vochtige weilanden met veelal nieuw aangelegde plassen zijn zowel voor broed-
als trekvogels van uitzonderlijk belang. De hoogmoerheide is een stuk droge
heide dat terug herwonnen werd op bos. Hier kun je je een goed beeld vormen van
de oude kempen. Dichter bij turnhout tref je vooral loofbossen aan.
Zowat 130 jaar geleden reden er zware goederentreinen door dit gebied. De
toenmalige exploitant van de lijn, de “grand central belge” noemde dit deel
van zijn uitbating “bels lijntje”(belgisch lijntje). Tegenwoordig is het
fietspad op de oude spoorwegbedding een groene grensoverschrijdende corridor
dwars door het turnhoutse vennengebied naar tilburg. De tijd van goederentreinen
is dan wel voorbij, maar in het stadspark van turnhout rijden wel nog volop
treintjes. Het zijn weliswaar mini-exemplaren met een beperkt laadvermogen, maar
voor de kinderen daarom niet minder leuk.
Arendonk
Het grensdorp arendonk, volgens bepaalde theorieën ooit de geboorteplaats
van de vlaamse primitief jan van eyck, genoot lange tijd aanzien en bekendheid
omwille van de valkerij. Tegenwoordig kennen de meeste mensen arendonk vooral
vanwege de vroegere duitse militaire basis waar thans asielzoekers verblijven.
De natuur is hier wondermooi bewaard gebleven. Kenmerkend voor arendonk is het
typische dialect dat zich sterk onderscheidt van de omliggende deelgemeenten.
Probeer maar eens “teljoor” uit te spreken.
Valkerij
Nergens heeft de valkerij zo’n groei en bloei gekend als in arendonk. Het
voldeed immers aan alle vereisten want uitgestrekte heidevlakten, poelen, goren
en vennen zijn een ideale pleisterplaats voor trekkende valken. Archieven uit de
10de en de 11de eeuw vermelden reeds het lokken, vangen en
africhten van de valken voor de jacht op natuurlijke prooidieren. Edellieden
kochten deze vogels die dan zo hun weg naar de middeleeuwse europese hoven
vonden. Alle attributen die nodig waren voor de valkerij werden ook in arendonk
gemaakt. Er zijn nog enkele valkeniers actief in arendonk.
De sigarenindustrie
Ooit werkte zowat iedereen in arendonk in de sigarenfabrieken. Deze
nijverheid vond haar oorsprong bij de gebroeders göppel uit eindhoven. In 1877
startten zij om fiscale redenen met een eerste werkplaats, waarna de volgende
100 jaar niet minder dan 50 fabrikanten zich in arendonk vestigden.
Beerse
Deze verstedelijkte en geïndustrialiseerde randgemeente van turnhout werd
gefusioneerd met het zeer landelijke vlimmeren. Sedert twee jaar staat er op het
dorpsplein van beerse het monument “de kleidabber”. Het beeld toont hoe de
steenbewerker destijds in deze streek wroetend in de klei zijn kost verdiende.
Het echelpoelpark en het tempelhof zorgen in de dorpskern voor verrassend veel
groen. Aan de dorpsrand nodigen epelaar, blakheide en luysterborgh je uit voor
een fikse wandeling door de kempense bossen. De kleiputten van vroeger zijn
vandaag schitterende natuurgebieden.
Janssens pharmaceutica
Als de toegevoegde waarde in de antwerpse kempen zo hoog ligt, is dat niet
weinig te danken aan janssen pharmaceutica uit beerse. Het farmaceutische
bedrijf is het vlaggenschip van de streek, met een naam die klinkt van china tot
venezuela: wijlen dr. Paul janssen. Onder zijn impuls groeide het bedrijf uit
tot de ruggengraat van het concern johnson & johnson, volgens omzet toch het
vierde grootste farmabedrijf in de wereld.
het kanaal schoten-turnhout-dessel en de baksteenindustrie
Wat de steenkoolmijnen voor limburg betekend hebben, dat waren de
steenbakkerijen voor de noorderkempen. Tientallen steenfabrieken langs de
turnhoutse vaart verschaften werk aan de arme kempenaars tot in de 2de
helft van de 20ste e, toen de baksteennijverheid onder de crisis
bezweek en grotendeels uit de antwerpse kempen verdween.
Dat er klei kon worden gewonnen op de schrale heivlakten in de noorderkempen,
wisten de kempenaars al lang. Toch ontstonden de industriële steenbakkerijen
pas op het einde van de 19de e. Pas toen het kanaal
schoten-turnhout-dessel werd aangelegd voor de kalkaanvoer, werd duidelijk hoe
groot en hoe diep de kleilagen in de streek waren. Bovendien konden de bakstenen
over dat kanaal worden weggevoerd. Tegenwoordig blijven er nog 2 gemoderniseerde
bedrijven over.
Oud-turnhout, tot 1858 nog een gehucht van turnhout, is onlosmakelijk
verbonden met de priorij van corsendonk, bekend van het gelijknamige bier en de
gelijknamige kaas. Hier bevindt zich ook het natuurreservaat landschap de
liereman, één van de oudste natuurgebieden van ons land.
De priorij van corsendonk is tegenwoordig een hotel en congrescentrum waar je
een ontspannen weekend kan doorbrengen in het historisch kader van een klooster.
Priorij versus abdij
In de 13de eeuw ontstonden er bedelorden. Zij vestigden zich in de
steden en rekenden voor hun onderhoud op de vrijgevigheid van de gelovigen. In
het kader van dit streven naar armoedebeleving, verzaakten de bedelmonniken ook
aan kerkelijke beneficies (taken waaraan ook een materiële vergoeding verbonden
was). Het abbatiaat was een kerkelijk beneficie dat tegen betaling van een
belangrijke taks door de paus werd vergeven. Aan het hoofd van de lokale
kloosters van de bedelmonniken kwam er geen abt maar een overste met de titel
van prior. In monnikenorden is het algemene regel dat de zelfstandige huizen
abdijen zijn. Sommige abdijen hebben dit statuut sedert hun oorsprong. Nieuwe
stichtingen moeten echter aan bepaalde voorwaarden voldoen om deze waardigheid
te verkrijgen: bv. Een vastgesteld aantal kloosterlingen, eigen inkomsten en
genoeg werfkracht bezitten. Zolang aan deze voorwaarden nog niet is
voldaan, blijft een klooster als priorij afhankelijk van de stichtende abdij.
Ravels
Ravels, weelde en poppel, de “drie goddelijke deugden” zijn typische
kempense plattelandsgemeenten. Ze liggen in de meest oostelijke “bult” van
de provincie antwerpen. Het gewestbos van ravels, het grote proefbedrijf van de
belgische boerenbond in poppel en de vele weidelandschappen wijzen op het belang
van de agrarische sector in dit gebied. Archeologische vondsten en grafheuvels
(tumuli) uit de midden-steentijd en bronstijd zijn getuigen van een erg ver
verleden.
Ravels in de 3de bult van belgië
De noordelijke grenslijn tussen belgië en nederland vertoont 3 merkwaardige
bulten.
Dat is het resultaat van de vrede van münster in 1648, die een einde maakte
aan de tachtigjarige oorlog. Toen werd de grens vastgelegd op basis van de
krijgssituatie. Dorpen gingen naargelang van welke stad ze afhingen tot de
noordelijke of de zuidelijke nederlanden behoren. In 1830 werd dit verdrag
opnieuw bekrachtigd.
Grenskapellen
In de antwerpse noorderkempen kom je wel vaker afgelegen grenskapellen tegen.
Ze dateren allemaal uit de 17de eeuw en werden net over de grens
opgericht door katholieken uit het protestantse “noorden” waar men geen
katholieke erediensten mocht bijwonen. Vorig jaar werd ravels door de lezers van
het nieuwsblad uitgeroepen als mooiste plekje van vlaanderen in de categorie
“kerken en kapellen”.
Natuurreservaat weelde-statie
Het vroegere internationale rangeerstation aan de grensovergang
weelde-station (40 ha) heeft een rijke en gevarieerde flora en fauna. De
duizenden treinen brachten immers vreemde plantenzaden mee die na het verdwijnen
van de treinen, de gelegenheid kregen om wortel te schieten.
Vosselaar
Op kerkelijk vlak vormden vosselaar en beerse altijd al een dubbelparochie.
Na de vondst van een miraculeus mariabeeld omstreeks 1220 werd vosselaar een
bekende bedevaartplaats…vandaar de toewijding van de (neo)gotische
parochiekerk onze-lieve-vrouw en de aanleg van een mariapark. Vooral tijdens de
meimaand trok vosselaar veel volk. Van de kerk trok men dan naar de
konijnenberg, hét toeristisch uithangbord van vosselaar. Deze beschermde
sikkelvormige landduin profileert zich als een groene zone in het centrum van
het dorp en is langs alle kanten door woongebieden omgeven. Wellicht is het de
hoogste stuifduin van de antwerpse kempen.Duinen in de antwerpse kempen
Tijdens de laatste ijstijd (80.000 tot 10.000 jaar geleden) was er in deze
streken door de bittere koude nagenoeg geen plantengroei mogelijk. De wind had
dus vrij spel en krachtige noordenwinden ontaardden in enorme stofstormen die
grote hoeveelheden zand uit het bekken van de noordzee (die toen grotendeels
droog lag) en de lokale rivierbeddingen richting z-nederland en n-belgië
bliezen. Dit dekzand werd nadien lokaal bijengeblazen tot landduinen. Fraaie
voorbeelden hiervan zijn de konijnenberg, de kempense heuvelrug en de
kalmthoutse heide. Zo’n 10.000 jaar geleden maakte de opwarming van het
klimaat een einde aan de ijstijd. De plantengroei paste zich aan en op de
dekzanden groeide mettertijd een natuurlijk eiken-berkenbos.
Het Groene Neteland
Grobbendonk – Herentals – Herenthout – Kasterlee – Olen – Vorselaar
Actief en attractief
Lang voor onthaasting een modewoord werd, ontdekten de eerste stedelingen de
charme van deze regio. De rustige, bosrijke omgeving oefende een onweerstaanbare
aantrekkingskracht op hen uit. Centraal ligt de kempense heuvelrug, een
uitgestrekte duinengordel vol dennenbomen, met zandbergen tot 40 m hoog. Ten
zuiden hiervan kabbelt de kleine nete. Deze schilderachtige rivier staat bekend
als de zuiverste van vlaanderen en wordt omringd door enkele wondermooie natte
natuurgebieden. Fietsen, wandelen, natuurbeleving en kanovaren in combinatie met
een bourgondische keuken, levende folklore en oude ambachten. Hier geniet je van
al het goede van de buiten!
Grobbendonk
Grobbendonk, met deelgemeente bouwel, straalt een onvermoede landelijke rust
uit. Vooral in het noordoosten van de gemeente, waar de kleine nete de bijrivier
aa opneemt, volgen de schilderachtige plekjes elkaar in sneltreinvaart op.
Gemeentelijk archeologisch museum
Het frankische dorpsplein geeft je al een stil vermoeden: grobbendonk kent
een oud en rijk verleden. Je ontdekt er alles over in het gemeentelijk
archeologisch museum. Het museum toont je naast een uitgebreide collectie
gallo-romeinse voorwerpen ook vondsten uit de prehistorie en de merovingische
tijd.
Astridplein 3, grobbendonk, tel. 014-50 74 95, open: ma 9-12 en 14-20u., di/woe
9-12 en13-16u, do 13-20u, vrij 9-12u., za 13-16u.
Het diamantmuseum
De bloeiende diamantnijverheid gaf grobbendonk de titel ‘slijpersdorp’.
In 1885 werd de eerste diamantslijperij vanuit antwerpen naar de kempen
overgebracht. In de jaren ’30 sloten vele grote fabrieken hun deuren en
bloeide de diamantnijverheid als een soort huisnijverheid. Het diamantmuseum
brengt een ode aan de edelsteen en haar bewerkers.
Oude steenweg 13a, grobbendonk, tel. 014-51 43 94, open:2/1 - 31/12: ma t/m do
van 9 tot 12 u en van 13 t/m 16 u. Vrij van 9 tot 12 u. En van 13 tot 15 u. Van
17/6 – 3/9 ook open op za en zo van 10 tot 14 u. Gesloten op feestdagen.
De watermolen van grobbendonk
Grobbendonk behoorde eeuwenlang toe aan een ridderlijke familie. Vanuit het
hof heersten zij over de gemeente. Het kasteel werd in 1579 verwoest, maar de
stallingen bleven bewaard. Je vindt ze naast de watermolen van grobbendonk, één
van de mooiste molens van de antwerpse kempen. Deze 13e eeuwse
slagmolen werd in 1921 volledig vernieuwd en maalt nog dagelijks op de kracht
van water. Er wordt haver en gerst geplet voor paarden. Je kan hem bezichtigen
op zondag 27 augustus van 14 tot 17 uur. Hof en watermolen zijn prachtig gelegen
aan de samenvloeiing van de kleine nete en de aa. De nete werd hier niet in een
strak keurslijf gestoken maar meandert prachtig door de omgeving. Het is er
heerlijk wandelen en fietsen. Sportievelingen kiezen voor een afvaart van de
rivier (uitgebreide info: zie pagina ??).
Herentals
Herentals dankt de titel ‘historische hoofdstad van de kempen’ aan haar
rijke verleden en fraaie historische bezienswaardigheden. Het groene noorden van
herentals overtroeft dit alles in schoonheid. Het is een waar
buitensportparadijs. Hier rijzen de duinen van de kempense heuvelrug boven het
landschap uit, kabbelt de kleine nete en ontdek je de waterrijke attracties
netepark en hidrodoe.
- begin 15e eeuw bereikte de herentalse lakennijverheid en -handel
een hoogtepunt. Een tastbare herinnering hieraan is de prachtige lakenhal (1).
Dit juweeltje in brabantse gotiek staat op het middelpunt van de grote markt.
Het aanpalende belfort (1534) werd door unesco erkend als werelderfgoed. Het
benadrukte de stedelijke vrijheid in het agrarische europa van de middeleeuwen.
Voor de zuidgevel van de lakenhal staat het boerenkrijgmonument (2). Het
herinnert aan de slag bij herentals op 28 oktober 1798, één van de bloedigste
episodes uit de opstand van de kempense jongens tegen het franse regime.
- de sint-waldetrudiskerk (3) is gebouwd op de oudste stichtingskern van de
stad. Het is een exponent van brabantse hooggotiek. Bij de bouw werd meermaals
geëxperimenteerd. De kerk is trotse eigenaar van heel wat kunstschatten. Neem
zeker even de tijd om er binnen te lopen.
Open: 1/6 – 30/9: za 14-17 u., 1/7 – 31/8 ook op woe 14-17 u.
- herentals bezit het oudste begijnhof (4) van de antwerpse kempen.
Oorspronkelijk stond het aan de overkant van de nete. De meeste gebouwen dateren
uit de 17e eeuw. Het is een oase van rust met pittoreske huisjes en
een sierlijk gotisch begijnhofkerkje.
Open: arboretum: 1/4 - 15/9: 9-21 u., 16/9 – 31/3: za en zo 14-18 u. ,
kasteel: tijdens tentoonstellingen
- in de 14e eeuw werd herentals met vesten en wallen omringd.
Hiermee is het, tesamen met lier, de enige omwalde stad in de kempen. Van de
vier stadspoorten blijven er nog twee overeind: de bovenpoort (5) en de
zandpoort (6).
- aan de stadsrand ligt het park en kasteel le paige. Het imposante bomenpark
ontstond in 1806 toen de heer le paige er 30 eiken plantte bij de geboorte van
zijn zoon. Het kasteel werd in 1892 als buitenverblijf opgetrokken. Het kent een
socio-culturele functie.
Open: arboretum: 1/4 - 15/9: 9-21 u., 16/9 – 31/3: za en zo 14-18 u. ,
kasteel: tijdens tentoonstellingen.
Water en groen
Water en groen vormen een niet te kloppen team, zo ook in herentals. Twee
blauwe aders snijden hier door het landschap. Fietsers en pleziervaarders leven
zich uit op en rond het gezellige kempense kanaal. De autoluwe jaagpaden,
gezellige schipperscafés en de moderne jachthaven zijn drukbezochte
pleisterplaatsen. Natuurliefhebbers met sportieve interesse kiezen voor een
kano-afvaart van de kleine nete. Ter hoogte van herentals kabbelt dit
schilderachtige riviertje langs enkele prachtige natuurgebieden, zoals het
bekende vogelreservaat snepkensvijver. Hier wordt het geluid van de stilte
doorbroken door een krijsende kokmeeuwenkolonie. Meer info over een kano-afvaart
van de kleine nete vind je op pagina. Ter plaatse loop je best even binnen in
het clubhuis van de waterral. Deze buitensportorganisatie specialiseert zich in
afvaarten van de rivier. Het gezellige clubhuis ligt in het centrum van de stad
aan de boorden van de kleine nete. Personen met avontuurlijke ambities vinden
hier een ruim pakket aan mogelijkheden.
Jachthaven, noordervaart, herentals, tel. 0475-26 25 89
de waterral, clubhuis de hut, spaanshofpark, herentals, tel. 014-21 00 09 of
0475-391 074.
Schedelhof
In de herentalse deelgemeente morkhoven tref je één van de vreemdste musea
van de antwerpse kempen aan. Hier vestigde ward geldof zijn schedelhof. Het is
een gigantische verzameling met meer dan 700 schedels van zoogdieren, vogels en
reptielen uit alle delen van de wereld.
Bertheide 12, morkhoven, tel. 014-26 18 13. Open: van 1/5- 30/9 do t/m di van 10
u-18u., 1/10 t/m 30/4: za en zo: 10-18 u.
Herenthout
Uitbundig feestvieren, genieten van het fraaie landschap en lekker ontspannen
in een eeuwenoude herberg: in ‘stoetersdorp’ herenthout kan het allemaal.
Oudste carnavalstoet
Sinds vastenavond 1893 trekt er jaarlijks een carnavalstoet door de straten
van herenthout. Archiefstukken bewijzen het: dit is de oudste
carnavalstoet van belgië! Het dorp bereidt zich maandenlang intensief
voor. Alle deelnemers zijn inwoners van herenthout. Bovendien maakt
het straattoneel de stoet erg grappig. Kortom, herenthout heeft zijn
bijnaam ‘stoetersdorp’ niet gestolen!
Je kan deze kleurrijke stoet - met reus peer stoet in een hoofdrol - bekijken
op de zondag voor én na aswoensdag. Op 5 en 12 maart 2006 is het opnieuw
zover. De randanimatie omvat o.a. Een verkleed bal en kindercarnaval. Www.peerstoet.be
Houtambachtenmuseum de wimpe
Hoe ging het er eind 19de-begin 20ste eeuw aan toe in
een klompen- of wagenmakerij, een schrijnwerkerij of kuiperij?
Houtambachtenmuseum ‘de wimpe’ schetst een prima beeld, terwijl je rustig
geniet van een hapje of drankje. Rond het nostalgische museumcafé staan
een 20-tal levensgrote figuren. De poppen dragen typische kledij en
hanteren authentieke werktuigen. De kuiper legt de laatste hand aan een
nieuw vat en de klompenmaker tovert met zijn blokmes een klomp uit een blok hout
Bij de wimpe kan je ook een kano- of kajaktocht op de kleine en de grote nete
boeken.Schransstraat 28, 2270 herenthout Tel. 014 51 41 42 en 0477 81 42 12 dewimpe@vzwdewimpe.be
- www.vzwdewimpe.be Nog geen vaste
openingsuren voor het musea
Kasterlee
In kasterlee klopt het toeristische hart van de kempen. Bos en gastronomie
vormen er al jaren een niet te kloppen team. De uitgebreide
recreatiemogelijkheden staan garant voor een actieve vakantie. Je schrijft
kasterlee ook met een grote k van kindervriendelijk. Talrijke attracties wachten
er op ontdekking.
De kabouterberg
Wie beweert daar dat kabouters niet bestaan? In kasterlee weten ze wel beter.
Kabouters hebben hier zelfs een eigen berg: de kabouterberg. De kinderen krijgen
er een rode pinnemuts op en gaan samen met een vertelster op zoek naar het
kabouterhuisje. De tocht zit echter vol hindernissen. Tijdens de wandeling
moeten de kleuters kruipen, springen en in zand spelen.
De kabouterberg is een uniek project voor kinderen van 3 tot 7 jaar op de
flanken van de heuvelrug. Tijdens de zomervakantie zijn er dagelijks
vertellingen, in september en oktober, wekelijks op zondag. De wandelingen
starten om 14 uur en duren 2 uur. Ouders, familie en/of vrienden begeleiden de
kinderen tijdens de wandeling. Elke tweede zondag van september vindt hier de
kabouterdag plaats: een fantastisch kinderfeest boordevol animatie.
Gelegen langs de geelsebaan (tegenover de windmolen), 2480 kasterlee. Info: www.kabouterberg.be,
tel. 014-85 99 15, kostprijs vertelling: € 2,50 per kind.
2.000 ha wandelbos
Kasterlee is wijd bekend om zijn bossen en bergen. Centraal ligt de kempense
heuvelrug, een prachtige duinenrug met den, zand en heide die zich uitstrekt van
kasterlee tot herentals. Het vormt één van de mooiste kempense landschappen
waar volop gewandeld en geravot wordt. De heuvelrug is een ijzerzandsteenbank
uit de vroegste ijstijden. Tijdens latere ijstijden zette de immer aanwezige
zuidwestenwind hier dikke pakken mul zand af uit de vallei van de kleine nete.
Na het rooien van de oorspronkelijke loofbossen kreeg de wind vrij spel en
ontstonden hoge landduinen, de zogenaamde bergen. In de 18e eeuw werd
de heuvelrug beplant met dennenbossen. Nog steeds stuift het zand in en om
kasterlee. Lokaal legde de wind talrijke wortels van dennenbomen bloot.
In dit prachtige decor werd vorig jaar het wandelroutenetwerk de kempense
heuvelrug geopend. Het netwerk strekt zich uit over de gemeenten kasterlee,
herentals en retie. Het telt 250 km trajecten (in twee richtingen bewegwijzerd),
verspreid over 10.000 hectaren natuur- en landbouwgebied. Via bovenstaand
plannetje kan je er kort mee kennismaken. De voorbeeldwandeling telt 6 km,
loopt door de omgeving van de kabouterberg en geeft
aansluitmogelijkheden via knooppunt 80 naar de hoge mouw. In de toeristische
infokantoren van kasterlee, herentals en retie kan je de gedetailleerde kaart
met bijhorende wandelgids aankopen voor € 6.
Bobbejaanland
In 1959 kocht charmezanger bobbejaan schoepen 30 ha moeras op in lichtaart.
Hij bouwde er zijn plezantste land: bobbejaanland. Dit familiepark voor het
ganse gezin groeide uit tot een spetterend pretpark. Meer dan 50 attracties
steken er de ogen uit jong en minder jong. Daarnaast vind je er een
indianenmuseum en zijn er diverse shows. Het park pakt jaarlijks uit met enkele
sensationele nieuwigheden. De typhoon, de sledge hammer en – voor de
allerkleinsten – de oki doki bezorgen je de kick van je leven. Kom vanaf
9 april je durf uittesten!
Steenweg op olen 45, 2460 lichtaart, tel. 014 55 78 11, www.bobbejaanland.be
Heemerf de waaiberg
Met vervallen gebouwen die tot verdwijnen gedoemd waren, richtte kasterlee
een klein openluchtmuseum op. Het werd heemerf de waaiberg genoemd, naar een
aloude benaming uit de streek. Het heemerf vormt een stille getuige van de
kempense levenswijze en bouwstijl op het einde van de 19e eeuw. Je
vindt er een bakstenen woonstalhuis, een langschuur met lemen wanden en een
bakhuis. De nabijgelegen houten windmolen, keesesmolen, werd in 1854 vanuit
antwerpen naar kasterlee overgebracht. Mooi gerestaureerd vormt hij een prima
aanvulling bij het heemerf.
Geelsebaan (naast keeses molen), 2460 kasterlee, open: elke tweede zondag van de
maand: 14-17 u en na reservatie.
Ark van noë
Vlakbij bobbejaanland, aan de oever van de kleine nete ligt het
recreatiedomein de ark van noë. Het is een dagrecreatiecentrum op kindermaat.
Je vindt er een vis- en zwemvijver, een ligstrand, een neerhof, een veilige
speeltuin en een gezellig café. De vijvers op het domein zijn restanten van de
oude neteloop. Het riviertje zelf werd hier gekanaliseerd. Ter hoogte van de ark
werden aanlegstijgers gebouwd voor kanovaarders en kajakkers. Gezinnen met
kinderen vinden er de ideale rustplaats tijdens de afvaart van de kleine nete.
Langenberg 20b, 2460 lichtaart, tel. 014-55 77 25, open: 1/5-30/6: zo en
feestdagen: 11-19 u., 1/7-31/8: dagelijks 11-19 u.
Een rijke culinaire traditie
De inwoners van kasterlee heten ‘pompoenpapeters’. Maar geen paniek! In
plaats van de traditionele pompoenenpap, de vroegere kermiskost, heeft kasterlee
op gastronomisch vlak nu heel wat anders te bieden.
De rijke culinaire traditie start met de komst van ‘den tram’ naar
kasterlee. Enkele pientere inwoners begrepen al snel de toeristische
mogelijkheden van dit vervoermiddel. Nabij de tramhalte op de geelsebaan, aan de
voet van de kempense heuvelrug, bouwden zij de eerste toeristencafés.
Bijna een eeuw later, is het dorp uitgegroeid tot een bourgondisch pareltje
met meer dan 50 cafés, tavernes, bistro’s en restaurants. Een keuze maken uit
dit rijke aanbod vormt een titanenwerkje dat in belangrijke mate bepaald wordt
door de inhoud van je geldbeugel en je culinaire voorkeur. Het aanbod is zeer
verscheiden en ongelooflijk aanlokkelijk. Gastronomische toprestaurants met
internationale allure wisselen elkaar af met volkse herbergen waar men
‘eerlijke lokale kost’ serveert. Trendy bistro’s met een exotische keuken
liggen naast tijdloze tavernes waar het heerlijk geurt naar pannenkoeken en
roomijs. De talrijke hotels bieden een keur aan gastronomische weekends aan. En
de groene omgeving rond het centrum is rijk voorzien van gezellige fietscafés
en wandeltavernes. Kortom, keuze te over!
Toerisme kasterlee geeft een toeristische gids uit waarin alle horecazaken
netjes worden opgesomd. Naast een algemene beschrijving, vermeldt de gids
talrijke huisspecialiteiten. Het is een onmisbaar instrument voor wie een
culinaire ontdekkingsreis door de gemeente plant.
Centrum frans masereel
Het centrum frans masereel bezorgde kasterlee de naam ‘grafiekdorp’. Het
is een internationale werkgemeenschap voor grafische kunstenaars. Zij kunnen
zich hier vervolmaken in de grafische kunsten. Zeef-, diep-, en hoogdrukateliers
staan daarvoor ter beschikking. In de moderne tentoonstellingsruimte, met klein
museum gewijd aan frans masereel, kan het publiek hun werk bewonderen.
Zaardendijk 20, 2480 kasterlee, tel. 014 85 22 52.
Open: ma t/m vrij 9-12 u. En 13-16 u., gesloten op feestdagen en in december.
De stoomtram
Vanaf 1906 tufte een stoomtram, den tram, door kasterlee. De kempense
stoomtrammaatschappij baatte de 73 km lange lijn mechelen – itegem –
westerlo – geel – turnhout uit. Hierdoor raakten heel wat kempense gemeenten
uit hun isolement. Nochtans was niet iedereen gelukkig met de komst van de tram.
In het begin wekte het puffende groene beest heel wat beroering. In kasterlee
kreeg het toerisme nieuwe mogelijkheden. De mensen van “’t stad” konden
vanaf nu makkelijker naar de ‘kastelse bergen’ komen. In 1949 werd de lijn
definitief opgedoekt. Een kleine gedenkplaat naast café mastentop (geelsebaan)
herinnert aan de legendarische tram. Vandaag nemen forenzen de trein in het
station van tielen, een halte op de spoorlijn brussel – turnhout.
Sportievelingen vertrekken hier voor de 14 km lange stationswandeling die tielen
verbindt met het station van herentals.
Olen
Olen leeft al 500 jaar in de ban van keizer karel. Talrijke volksverhalen en
monumenten houden de roemruchte bezoeken van de keizer aan dit dorp in ere. Maar
olen is meer dan dat. De landelijke gemeente bezit een fraai patrimonium,
uitgebreide recreatiemogelijkheden en een bruisende evenementenkalender.
Keizersterke sagen en legenden
Wie olen zegt, denkt automatisch aan ‘de pot van olen’. De sage verhaalt
over 3 bezoeken van de keizer aan de gemeente. Dat deze niet van een leien dakje
verliepen zal elke olenaar je graag vertellen. Zo werd een derde oor aan een
bierpot gesmeed om hem op een behoorlijke manier te ontvangen. Op het olense
dorpsplein wordt de legende verbeeld in de driepottenfontein. Drie herbergen
beweren de authentieke pot in hun bezit te hebben. Loop er zeker eens binnen. Je
kan er proeven van keizer karelbier en keizerlijke streekgerechten. Het keizer
karel monument siert het pittoreske pastorieplein. Hier tref je de olense boeren
aan. Hun kapriolen zijn stof voor meerdere hilarische verhalen. Je vindt ze in
de ‘sagen en legenden’ folder van olen. Fietsers kiezen voor de keizer
karelroute.
Wandelgemeente van het jaar
Olen won in 2005 de provinciale wedstrijd ‘wandelgemeente van het jaar’.
Reden te over om de keizergemeente te voet te ontdekken. De gratis
wandelbrochure bundelt 6 trajecten. De website www.wandelpeters.be
telt 15 paden. Mooi is het boudewijnpad. Deze brengt je naar de olense
fabriekswijk waar gevierd auteur walter van den broeck is geboren. Je ontdekt er
alle plekjes die de auteur, samen met koning boudewijn, bezoekt in zijn
bestseller ‘brief aan boudewijn’. Natuurliefhebbers kiezen voor het
knuppelpad. Deze 14 km lange wandeling leidt naar het olens broek, een
wondermooi moeras aan de oever van de kleine nete met een rijke variatie aan
biotopen. Dankzij een knuppelpad hou je er de voeten droog. Bij slecht weer
worden laarzen aanbevolen.
Vorselaar
Vorselaar ligt in een rustige en groene omgeving. In deze wandel- en
landbouwgemeente aan de aa en de kleine nete, staat de letter “k” symbool
voor de meest toonaangevende bezienswaardigheden: kasteel, kaak, klooster en
kerk.
Kasteel de borrekens
Het indrukwekkende kasteel de borrekens, omgeven door een grote waterpartij,
is langs vele zijden te bewonderen. Het is echter privé-bezit en dus niet
toegankelijk voor het publiek. De oorspronkelijke militaire vestiging werd
omstreeks 1760 omgevormd tot een “maison de plaisance’. De adellijke familie
de borrekens woont niet meer in het respect afdwingende kasteel, een welgestelde
industrieel nam hun plaats in. Al wandelend of fietsend in de bosrijke dreven in
de omgeving van het waterslot, kom je hier en daar een poort tegen, ze zijn
enkel bedoeld om gemotoriseerd verkeer te beletten door de dreven te rijden.
Kaak, klooster en kerk in een notendop
De sint-pieterskerk met zijn speciale 69m hoge spitse toren prijkt als een
rijzige gestalte boven het dorp uit. Reeds in 726 werd er al gesproken over de
kerk van vorselaar die toen volledig in hout was en zonder toren. Na een
brand die het gebouw volledig verwoeste, werd in 1630 de kerk terug opgebouwd en
voorzien van een torenspits. Diverse grafstenen en grafkelders refereren naar de
adellijke families die in de loop der eeuwen in vorselaar hebben geregeerd.
Naast de kerk staat een gedenksteen voor ‘mie broos’ een echte
volksgenezer (1839-1927) die van heinde en verre bekendheid genoot om haar
kruiden en zalven. Ze was geen geleerde dokter, maar kende de geheimen van de
kruiden. Huidziekten waren haar specialiteit. Haar inzet en gulheid zorgde er
voor dat veel arme stakkers bij haar gratis konden aankloppen voor hulp.
De kaak tooit het midden van het driehoekig marktplein uit de frankische
tijd. Deze arduinen schandpaal uit 1759 geflankeerd met vier bollen doet
terugdenken aan de “vierschaar”. Hij werd in 2005 gerestaureerd en is de
mooiste van de kempen.
Wie een bezoek brengt aan het marktplein wordt meteen geïmponeerd door het
klooster. Het klooster dateert van 1820 en deed aanvankelijk dienst als
werkschool voor arme kinderen. Naast de zware handenarbeid werd er
“catechismus” onderwezen. Dit gebouw kreeg omstreeks 1903 haar huidige vorm.
Bart wellens
Nu de prominentste inwoner baron de borrekens niet meer in vorselaar leeft,
is alvast de meest bekende inwoner de veldritkampioen bart wellens. Het
bewegwijzerde knooppuntennetwerk bood de opportuniteit om in eigen gemeente een
nieuwe fietsroute naar de cyclocrosskampioen te noemen. In een begeleidende
brochure wordt alle nuttige uitleg gegeven voor een sportieve fietstocht. Laat
je niet afschikken, het is geen mountainbikeroute, wel een trip langs rustige en
mooie wegen. En als afsluiter trakteren we op het lokale koekje: en “v”-ke.
Kardinaal van roey
Iets buiten het centrum ligt de schranshoeve uit de 14e eeuw. Deze
door water omgeven hoeve was ooit het woonhuis van wijlen kardinaal van roey,
primaat van belgië en aartsbisschop van mechelen. De kardinaal zelf werd
geboren in een schamele arbeiderswoning in de lepelstraat. Hier staat nu het
glazen gebouw van de katholieke hoge school kempen, een onderwijsinstelling met
een zeer ruime bekendheid.
Noordertuin van antwerpen
Brasschaat - Brecht - Essen - Kalmthout - Kapellen - Wuustwezel
Groen in alle kleuren
De noordertuin van antwerpen serveert het hele jaar door een eindeloos
kleurenpalet. In de lente zie je het groen in de parken ontluiken.
De rododendrons en azalea’s zorgen in mei en juni voor een zee van wit, roze
en fuchsia. Op het einde van de zomer kleurt de heide purper. De
herfstzon zet de bossen in vuur en vlam, een mini ‘indian summer’. En
gouden toverhazelaars doen de sombere wintermaanden vergeten.
Natuurliefhebbers, wandelaars en fietsers weten meteen waarheen!
Brasschaat
Brasschaat evolueerde van een arm, ekers gehucht tot het ‘antwerpse
versailles’: van een metamorfose gesproken! De gemeente telt fraaie
parken en waardevolle natuurgebieden. De gemeente is de trotse eigenaar
van zomaar even 2.600 ha groen, waarvan de helft bos. We stellen de
mooiste domeinen aan je voor.
Gemeentepark brasschaat
Op zoek naar een leuke plek voor je zondagse picknick? Trek naar het
gemeentepark van brasschaat, een indrukwekkend domein van 147 ha.
Nadien kan je zalig niksen op de zonneweide, heerlijke geuren opsnuiven in de
rozentuin, in een roeibootje op de vijver dobberen of kuieren door de
lommerrijke dreven. De parkwandeling, een prima introductie op het domein,
vertrekt aan het kasteel. Ook het voormalige jachtpaviljoen, het
boothuisje (nu taverne) en de italiaanse obelisk uit 1884 bleven bewaard.
In mei en juni maken de bloeiende azalea's en rododendrons je wandeling extra
aantrekkelijk.
Toegang via elshoutbaan, miksebaan en hemelakkers
Vrij toegankelijk
Staatsbossen 'de inslag' en 'de uitlegger'
De staatsbossen 'de inslag' (147 ha) en 'de uitlegger' (89 ha) zijn via een
wandelweg met elkaar verbonden. Eerst even de bizarre namen verklaren.
‘inslaan’ of ‘ontginnen’ verwijst naar de 17de eeuw, toen de
heide plaats moest ruimen voor landbouwgrond. 'Uitleggen’ refereert naar
een voormalige bewoner: de landmeter die zijn meter ‘uitlegde’. De
grote afwisseling in boomsoorten en landschappen zorgt voor een aantrekkelijk
wandeldecor. Het bosleerpad heeft heel wat interessante weetjes voor je in
petto. Fervente hengelaars kunnen hun geluk beproeven op de vijvers en het
antitankkanaal. Toegang via kerkedreef, fortsebaan, bredabaan en wipstraat
Toegang via sionkloosterlaan Vrij toegankelijk
Brecht
Landelijke gemeente met een boeiend verleden. Dit vertaalt zich o.a. In
fraaie natuurgebieden, een kerk met de allure van een kathedraal, een levendige
molensite en enkele opmerkelijke historische figuren.
Kempisch museum
Aan de zuidkant van het fleurige dorpsplein vind je het kempisch museum.
Let voor je binnenstapt op de resten van de middeleeuwse schepenbank en de
schandpaal. Naast het kempense volksleven belicht het museum een
fascinerende bladzijde uit de brechtse geschiedenis. In de 16de
eeuw telde de gemeente een rederijkerskamer, een bloeiend gildenleven en enkele
knappe humanisten. Joannes custos richtte een succesvolle latijnse school
op. Gabriël mudaeus, rechtsgeleerde en raadsman van keizer karel, de
theoloog leonardus lessius en de dichter jan vander noot waren zijn meest
getalenteerde leerlingen. Vier namen die tijdens je verkenningstocht in
brecht vaker opduiken! Mudaeusstraat 2, 2960 brecht Tel. 03 313 97 79
Open: paasmaandag 10-17 u. En elke derde zondag van de maanden april t/m oktober
14-17 u.; dagelijks op afspraak
Brechtse heide
‘het scone van die natuur passeert toch alle kunst’. Misschien had
jan vander noot het wel over de brechtse heide (1.900 ha), het grootste
beschermde natuurgebied van de gemeente. Het domein zit vol afwisseling:
wei- en akkerlanden, droge en natte heide, vennen en moerassen, dennenbossen en
oude kleiputten. Leuk weetje: de waterscheidingslijn tussen maas- en
scheldebekken loopt er doorheen.
Middenin de brechtse heide bots je op de mooie vraaghoeve en de neoromaanse
abdij onze-lieve-vrouw van nazareth. De zusters trappistinnen vervaardigen
ambachtelijke natuurzepen. Je kan ze in de onthaalruimte van de abdij
kopen. Trappistinnenabdij, abdijlaan 9, 2960 brecht
Tel. 03 313 92 50 Verkoopsruimte is open: 10-12 u. En 14.30-17 u.
Stenen molen van brecht
De stenen molen van brecht, een zeldzame binnenkruier uit 1842, beleeft zijn
tweede jeugd. Na een grondige opknapbeurt is hij opnieuw maalvaardig.
Hij maalt zelfs mosterdzaad, uniek in vlaanderen! De eerste verdieping
fungeert als kunstgalerij. Streekgasthof ‘de molen’ op het
gelijkvloers serveert streekbieren en gerechten uit grootmoeders keuken.
Een authentiek bakhuis met een lemen houtoven maakt het verhaal ‘van graan tot
brood’ compleet. Je kan heel wat lekkers mee naar huis nemen: mosterd,
speculoos, gebak, brood, bier...
Molenstraat 21, 2960 brecht Tel. 0474 59 22 46 Open: wo t/m zo 11-20 u.
Essen
In de meest noordelijke gemeente van belgië – nederland is altijd vlakbij
- vind je een oase van rust en groen. Ideaal om te voet, met de fiets of
per huifkar te verkennen. Bovendien is het verleden er springlevend.
Je maakt er kennis met het kempense dorpsleven én een fascinerend stukje
geschiedenis van deze grensgemeente.
Karrenmuseum en kiekenhoeve
Alsof je plots in het jaar 1900 terechtkomt! Het karrenmuseum
presenteert een indrukwekkende collectie. Van de wieg tot de lijkwagen,
van het bescheiden karretje van de keuterboer tot de protserige landauer van de
kasteelheer… je leert er wat een scharensliep of ketellapper precies
deed. Hoe de boerin voor het hele gezin kleding maakte. Of hoe je
een boomstam in een wiel verandert.
In juli en augustus is er op zondag volop animatie, met als hoogtepunt de
ambachtendag. Medio juli fleuren duizenden fuchsia’s het terrein op.
Na je bezoek aan het museum kan je binnenstappen in de kiekenhoeve. In
de 18de eeuw was dit een abdijhoeve van tongerlo, vandaag een
populaire taverne.
Karrenmuseum, moerkantsebaan 48, 2910 essen
Tel./fax 03 667 73 90 – karrenmuseum@skynet.be
– www.kiekenhoeve.be
Open: 1/4 t/m 31/10: zon- en feestdagen 13.30-17 u. Open loodsen: ma t/m za
10-16.30 u. Kiekenhoeve, moerkantsebaan 54, 2910 essen Tel. 03 667 35 64 Open:
elke dag 10-22 u.
Bakkersmolen met bakkerij- en stoommuseum
De jongste windmolen van vlaanderen (1981) staat in wildert. Achter de
bakkersmolen herbergt het stoommuseum enkele imposante stoommachines. Het
bakkerijmuseum vertelt het verhaal ‘van graankorrel tot brood’.
Op zondag komt de site helemaal tot leven. De molenwieken draaien en de
stoommachines ronken. Uit de bakoven komt de onweerstaanbare geur van vers
brood. Je maakt een ritje met de stoomcarrousel of tuft in een
stoomtreintje rond het terrein. En in de molenhoeve kan je uitgebreid
proeven van al het ambachtelijke lekkers.
Sint-jansstraat 238, 2910 essen (wildert)
Tel. 03 677 22 67 – fax 03-677 07 21 www.bakkersmolen.tk
Open: zo vanaf 10 u.
Kalmthout
Een bezoek aan kalmthout is gewoon ondenkbaar zonder een wandeling op de
purperen heide. Het wereldberoemde arboretum vormt een tweede verplichte
halte voor natuurliefhebbers. Ook stripfans voelen zich meteen thuis in
kalmthout. Striptekenaars in spe krijgen er les van niemand minder dan
suske en wiske!
Arboretum kalmthout
De slogan van het arboretum van kalmthout ‘een droom van een tuin’
is niks overdreven. De talloze variëteiten rozen, azalea's, rododendrons,
magnolia's, kerselaars en japanse esdoorns maken deze tuin (12 ha)
wereldberoemd. Bovendien heeft elk seizoen een aparte charme. Wie
denkt dat de natuur een winterslaap houdt, moet beslist eens het arboretum
bezoeken tijdens de hamamelisfeesten. Dankzij de unieke collectie
toverhazelaars baadt de tuin in januari en februari in een schitterende, gouden
gloed. Nog in het arboretum: vlindertuin, plantencentrum, shop met leuke
'groene' cadeaus, rondleidingen, workshops en evenementen.
Heuvel 2, 2920 kalmthout Tel. 03 666 67 41 – info@arboretumkalmthout.be
– www.arboretumkalmthout.be
Open: 15/3 – 15/11 en tijdens de hamamelisfeesten (jan – feb) 10-17 u.
Provinciaal suske en wiske-kindermuseum
De bekendste inwoners van kalmthout zijn zonder twijfel suske en wiske.
Je ontmoet het populairste vlaamse stripduo in de voormalige woning van willy
vandersteen. Op de eerste verdieping tekent het team van marc verhaegen
nieuwe avonturen. In het doe-museum leren kinderen tussen 8 en 12 jaar een
strip tekenen. Tijdens de familiedagen is jong én oud welkom. Wie
weet belandt jouw allereerste strip wel in de galerij van het museum! Nog
twee tips voor fans van sus en wis: bij het station heide kan je op de foto met
de onafscheidelijke striphelden (je vindt er een leuk standbeeld) en in juni
pakt kalmthout uit met een heuse stripdag.
Beauvoislaan 98, 2920 kalmthout Tel. 03 666 64 85 – info@suskewiske.provant.be
– www.provant.be/suske&wiske
Surf naar de website voor de data van de familiedagen.
Grenspark de zoom – Kalmthoutse heide
Hoe het groeide
Een dichtbebost landschap met vooral eiken en berken: zo moeten we ons de
kempen voorstellen na de laatste ijstijd. De ontwikkeling van de landbouw
zorgde voor ingrijpende veranderingen. Uitputting van de schrale gronden
door akkerbouw en veeteelt en eeuwenlange ontbossing creëerden uitgestrekte
heidevlakten.
Op de open zandgronden had de wind vrij spel. Dit resulteerde in
landduinen, zoals de kalmthoutse heide, de hoge mouw in kasterlee en de lilse
bergen. De lager gelegen delen vulden zich met regenwater, waardoor
talloze vennetjes ontstonden.
In 1299 schonk jan ii, hertog van brabant, het vrij gebruik van alle
onbebouwde gronden in kalmthout en essen aan de abdij van tongerlo. De
turfwinning betekende voor de monniken een aanzienlijke bron van inkomsten.
In de 19de eeuw zorgde de landbouw opnieuw voor een kentering.
Om de snelgroeiende bevolking te voeden waren nieuwe landbouwgronden nodig.
De heide verdween in recordtempo. De overheid moest ingrijpen: in 1941
beschermde ze de kalmthoutse heide als landschap. Bescherming is een
eerste stap, een efficiënt beleid een tweede. Een uitgekiend waterbeheer
moet de verdroging van de kwetsbare gronden een halt toe roepen. De
grazende schapen en runderen helpen de herbebossing tegengaan.
De kalmthoutse heide vormt, na de hoge venen, het grootste natuurreservaat
van belgië. Ze betekende een belangrijke inspiratiebron voor schilders
(cfr. De 'school van kalmthout'), schrijvers en fotografen.
De heide vandaag
Superlatieven te kort om het natuurreservaat de kalmthoutse heide (1.000 ha)
- deel van het grensoverschrijdende 'grenspark de zoom-kalmthoutse heide' (bijna
4.000 ha) - te omschrijven. De afwisseling van heide, vennen, duinen en
bossen zorgt voor een fantastisch landschap. Je treft er heel wat zeldzame
en bedreigde planten en diertjes aan. In augustus en september, wanneer de
struikheide purper kleurt, oogt alles extra mooi. Door het grenspark lopen
tien bewegwijzerde wandelpaden (trek best stevige, waterdichte schoenen aan!) En
rondom het park de fietsroute 'grensparkroute' (32 km).
Stap vooraf even het natuureducatief centrum de vroente binnen (zie p.
?). Rolstoelgebruikers kunnen bij de dienst toerisme kalmthout een
‘wombat’, een speciale rolstoel voor een zandige ondergrond, reserveren.
Nog dit: respecteer dit prachtige stukje natuur en hou je aan de regels!
Putsesteenweg 129-131, 2920 kalmthout Surf naar www.grensparkzk.be
Kapellen
Villaparken, exclusieve landhuizen en kastelen onderstrepen het residentiële
karakter van kapellen. Andere blikvangers: de fraaie parken, een typische
pastorijtuin en een astronomische klok, gemaakt door een enthousiaste
kapellenaar.
Astronomische klok
Engelengeduld. Dat moet ongetwijfeld willem smolders’ belangrijkste
eigenschap zijn. Deze inwoner van de kapelse deelgemeente putte startte in
1943 met het ontwerp en de bouw van een astronomische klok. Acht jaar lang
duurde het om de 30.000 deeltjes in elkaar te puzzelen! Enkele cijfers
over de klok: 1.500 kilo, 3,50 meter hoog en 55 wijzerplaten met 132
aanduidingen over o.a. Tijdsmeting en weersvoorspelling… bij de
uurwisseling verschijnen allerlei figuurtjes. In de etalagekast onder de
klok maakt een elektrisch treintje een rit door de belgische provincies.
Let wel: je kan dit huzarenstukje uitsluitend onder leiding van een gids
bezoeken.
Oud-gemeentehuis, antwerpsesteenweg 2, 2950 kapellen Tel. 03 660 67 50
(cultuurdienst) Bezoek op afspraak
Het rood en gemeentepark beaulieu
Je hoeft niet ver te zoeken naar een verklaring voor de intrigerende naam van
dit domein. De roestbruine kleur van de bodem in ‘het rood’ (22 ha)
valt meteen op. Die is niet het gevolg van vervuiling, maar van het hoge
ijzergehalte. Het rood, 200 jaar terug aangelegd als kasteelpark, bestaat
vooral uit aangeplant loofbos. Je wandelt er door prachtige dreven met
indrukwekkende beuken en eiken. Gallowayrunderen houden de graaslanden
kort. Ook reeën voelen zich hier thuis.
Nog een mooi stukje kapellen: gemeentepark beaulieu.
Het omvat een
vijver, een rozentuin, een hertenkamp en een speeltuin. Toegang tot het rood via
de streepstraat Toegang tot het gemeentepark via dorpsstraat of kerkplein
Wuustwezel
Wuustwezel is dé land- en tuinbouwgemeente van de antwerpse kempen. In
de mooi gerestaureerde hoeven logeerden soms illustere gasten. Twee
miljoen dahlia’s maken het bloemencorso van loenhout tot een lust voor het
oog. En je vindt er zowaar ook een stukje far west!
Land- en tuinbouwgemeente
Uitgestrekte weilanden met grazend vee, talloze boerderijen en een opvallende
rust: wuustwezel vormt een gedroomde locatie voor een deugddoende hoevevakantie.
Via de nieuwe pleckskesroute steek je bovendien allerlei leuke weetjes op.
In de historische gasthuishoeve huist vandaag de toeristische dienst.
En driemaal raden wie zijn naam schonk aan de ‘napoleonshoeve’. Op 6
mei 1810 zou niemand minder dan napoleon bonaparte hier gelogeerd hebben!
Deelgemeente loenhout is een echt tuinbouwdorp. Met het bloemencorso
als jaarlijkse hoogtepunt. In de grootste bloemenstoet van het land staat
het kind centraal. De kleurrijke bloemenzee zorgt voor een schitterend
schouwspel.
Museum rijtuigen en oude ambachten
De vader van jan augustijns vervaardigde karren en wagens. Jan breidde
de privé-collectie verder uit, liet de wagenmakerij opknappen en maakte er een
klein maar charmant museum van. In een loods staan de meest uiteenlopende
rijtuigen: van een ijscokar of oud brandweerwagentje tot imposante koetsen en
woonwagens. Het museum bezit ook talloze voorwerpen die onmisbaar waren op
de boerderij of bij het uitoefenen van ambachten. Een oud cafeetje maakt
het plaatje compleet. Aarzel niet jan een vraag te stellen: hij kan
honderduit vertellen over zijn verzameling.
Kalmthoutsesteenweg 193, 2990 wuustwezel Tel. 03 669 72 35 Open: elke zondag in
juli en augustus 14-17 u.
Land van Playsantiën
Lille – Malle – Ranst – Zandhoven - Zoersel
Driedubbel plezier in een vatje vol vertier
De gemeenten lille, malle, ranst, vorselaar, zoersel en zandhoven, in het
groene hartje van de antwerpse kempen, vormen samen het ‘land van
playsantiën’. Ze staan synoniem voor een boeiend aanbod in een kleurrijk
geheel. Van waar komt deze, toch wat ongewone naam? Wel, de keuze van deze
gezamenlijke regionaam is een verwijzing naar de vele ‘hoven van
playsantie’, de vroegere buitengoederen van de stedelijke burgerij, in het
hartje van de antwerpse kempen. En ook de kastelen van de plaatselijke landadel:
baronnen, graven, jonkheren en jonkvrouwen. De naam wil ook weergeven hoe
plezant en lekker het wiel is in deze regio. De geneugten van het leven zijn
hier immers nooit ver af.
Lille
De gemeente lille omvat 4 pittoreske kempense dorpen: lille, gierle,
poederlee en wechelderzande. Een landelijke gemeente met een gordel van
smaragdgroene bossen. De naam 'lille' is vooral bekend omwille van zijn grootste
attractie de lilse bergen, ontstaan uit de zandwinningsputten die gegraven
werden voor de aanleg van de e 34.
Smaragdgroene bossen
Vooral de uitgestrekte dennenbossen typeren het uitgesproken kempense
karakter van deze gemeente. In de beboste stuifduinketen van de rollekensbergen
in lille staat de boom van de acht zaligheden. Ooit had deze pijnboom acht
stammen, één werd ziek en is afgezaagd. Het blijft echter één van de
merkwaardigste bomen van het land. De achtzalighedenfietsroute werd ernaar
genoemd.
Het grotenhoutbos, gelegen aan de autosnelweg in gierle, was tijdens het
ancien régime een van de zeven jachtgebieden van de hertogen van brabant.
Volgens het opschrift op een grafsteen in de kerk van vorselaar zou het eerste
dennenzaad in de kempen hier gezaaid zijn door boswachter adriaan ghijs, in
opdacht van de vrouwe van turnhout. Verschillende wandelwegen lopen doorheen het
395 hectare grote domein. Er worden tevens natuurwandelingen georganiseerd.
Schildersschool
De wechelse schildersschool is een begrip in de kunstwereld. Gasthof “de
keyser” in het centrum van wechelderzande diende lange tijd als toevluchtsoord
voor schilders en schrijvers, o.a. Snieders en conscience. De schilders heymans,
rosseels, van giel en vele anderen vonden hun inspiratie in het omliggende
landschap. Verschillende van hun werken hangen nu in het kasteeltje hof
d’intere.
Pittoreske dorpskern
Eens je aankomt in gierle word je bekoord door de pittoreske dorpskom met
vele historische gebouwen. Het dorp van frankische oorsprong bezat in de 14e
de eeuw al een latijnse school, ondergebracht in de oude boerderij achter de
kerk. Later werd dit een jeneverstokerij. Het driehoekig plein wordt gedomineerd
door de laatgotische o.-l.-vrouwkerk met een merkwaardige achtkantige toren.
Naast het voormalige gemeentehuis met dorpspomp staat dorpscafé den eik,
stamkroeg van louis neefs, te vroeg overleden zanger van “mijn dorp in de
kempen”. Een gerestaureerde kempische schuur en de windmolen in stormen sterk
vervolledigen het centrum. Talrijke kapellen o.a. Op het gehucht rooien typeren
het landschap. Voor dorpskernwandelingen kan je terecht bij toerisme lille.
Malle
Wandelaars en fietsers worden in malle onthaald op een bonte mengeling van
loof- en dennenbossen, doorkruisd met bewegwijzerde paden. De trappistenabdij
zorgt er voor dat westmalle overal bekend in de oren klinkt, want hier wordt
wellicht het beste bier van de hele wereld gebrouwen. Cultuur en historie ontdek
je in onder meer in het kasteeldomein de renesse in oostmalle.
Scherpenbergmolen
De stenen scherpenbergmolen van westmalle dateert uit 1843. Verschillende
restauraties hebben ervoor gezorgd dat de scherpenbergmolen nog steeds zijn
aloude functie kan uitoefenen: het malen van graan tot meel. De molenaars
verwelkomen u elke zondag vanaf 14 tot 17 uur. De verschillende zolders zijn
vrij te bezoeken en met wat geluk krijgt u nog een deskundige uitleg van één
van de molenaars. Antwerpsesteenweg 378, westmalle, 03 310 05 14
De paters trappisten
De cisterciënszers van de sint-bernardusabdij van hemiksem zijn de
historische grondleggers van het huidige malle en de ruime omgeving. Zij namen
vanaf het prille begin de ontginning van de woeste gronden ter hand.
De abdij der trappisten, gesticht in 1794 en gebouwd door uitgeweken franse
monniken, koestert een waardevolle bibliotheek, oude handschriften en
schilderijen. De abdijkerk in neoromaanse stijl dateert uit 1886. De monniken
bidden, studeren en werken in broederlijke samenleving en ingetogen rust. De
abdij is daarom niet toegankelijk voor het publiek, maar wie op zoek is naar
rust en bezinning kan wel terecht in het gastenverblijf. De vele bosgebieden
rondom nodigen uit tot prachtige natuurwandelingen en heerlijke fietstochten.
Wie van een trappistenbiertje wil genieten kan aan de overkant van de
antwerpsesteenweg terecht in het trappistencafé. De trappistenkaaskroketten
zijn hier een aanrader!
Een trappist… dubbel of tripel? (kaderartikel)
Trappist is een levend bier met een constante smaakevolutie. Twee glazen zijn
nooit helemaal identiek. Dat komt door de gisting, de ouderdom, de temperatuur,
de manier van schenken… wist je dat op de hele wereld er slechts 6 abdijen de
gedeponeerde naam en het logo “authentic trappist product” mogen voeren? Het
betekent dat het bier binnen de abdijmuren door monniken wordt gebrouwen. Is dat
niet meer het geval, dan verliest men dit recht. Dit gebeurde in nederland, waar
la trappe bij de overname door een grote duitse brouwer zijn eretitel moest
inleveren. Het is een hele eer dat deze trappistenbieren zich allen in belgië
bevinden. Het zijn: achel, chimay, orval, rochefort, westmalle en westvleteren.
Kasteel de renesse
Een prominente bezienswaardigheid in het hart van oostmalle is het kasteel
van de graven de renesse. Het kasteel kende een woelige geschiedenis. Na de
verwoesting van de 15de eeuwse burcht in 1542, bouwde jan van renesse
een nieuw en groots kasteel. Het werd in de 19e en 20e
eeuw verschillende malen verbouwd. Beroemde bezoekers zoals keizer karel,
margaretha van parma, prins willem van oranje-nassau (willen de zwijger) waren
er meermaals te gast. Het domein de renesse ligt middenin een natuurgebied van
60 ha en is het hele jaar door vrij toegankelijk. Naast de engelse tuin kan je
hier merkwaardige uitheemse bomen ontdekken, zoals de sequoia of mammoetboom. In
1983 werd het eigendom van de gemeente en het beheer werd toevertrouwd aan de
vzw domein de renesse. Elke zondag kan het kasteel worden bezocht, er zijn
rondleidingen om 14.30 en 16 u. Lierselei 28, 2390 oostmalle
Pareltjes in ’t groen
De gehuchten blommerschot, salpen met typische frankische langgevel
boerderijen, heihuizen en klokkeven vormen een uniek kader voor mooie
wandelingen in de kempen. In het gehucht salphen is de st.-antoniusbegankenis
een jaarlijkse blikvanger. Na de eredienst worden de geofferde varkenskoppen bij
opbod verkocht en worden de paarden gezegend. Het gebeuren wordt afgesloten met
een breugeliaans feest, volksdansen en folkloristische spelen.
Ranst
Deze fusiegemeente ranst bestaat uit ranst, broechem, emblem en oelegem.
Ranst bekend om zijn landbouw en fruitteelt, is de laatste jaren uitgegroeid tot
een moderne gemeente met een landelijk karakter op een boogscheut van antwerpen
en lier. De mooie afwisselende landschappen met weiden, (fruit)boomgaarden,
bossen en kasteeldomeinen en de vele waardevolle monumenten zorgen ervoor dat
het hier aangenaam is om te vertoeven.
Prachtige kastelen
In de late middeleeuwen was ranst speelbal in de machtsstrijd tussen
roemrijke adellijke families.
De heren van berchem, ranst, zevenbergen en doggenhout oefenden om beurten de
macht uit. De prachtige, goed bewaarde kastelen van deze adellijke families
(kasteel doggenhout en domein zevenbergen) herinneren aan deze periode. Het
zevenbergenbos, bestaat uit 2 grote delen: 33 hectaren worden beheerd door
natuurpunt vzw. 11 ha is openbaar wandelbos.
De kastelen broechemhof en bossenstein vormden de thuisbasis van een aantal
roemruchte, adellijke families en zijn uitstekend bewaard gebleven. Het domein
bossenstein wordt nu gebuikt door de golf en polo club. Er wordt gespeeld op een
18 holes golfbaan, het parcours is 6203 meter lang.
Vrieselhof
Het domein vrieselhof met het gelijknamige kasteel werd in 1975 aangekocht
door de provincie antwerpen. Het kasteel werd lange tijd als textielmuseum
opengesteld voor het publiek tot dit museum naar het modemuseum in antwerpen
verhuisde. Sinds 2005 is hier het vlaams centrum voor openbare bibliotheken
gevestigd. In het domein zijn drie bewegwijzerde wandelingen uitgezet. De
remise, het vroegere koetshuis, is nu ingericht als taverne.
Schildesteenweg 79, 2520 ranst (oelegem), 03 384 15 78.
Vleermuizenfort
Het fort van oelegem was één van de grootste en zwaarst bewapende forten
van de vesting antwerpen.
Nu is dit fort uitgegroeid tot één van de belangrijkste overwinterplaatsen
van vleermuizen in vlaanderen. Het voldoet immers aan de strenge eisen die deze
gevleugelde zoogdieren stellen aan hun winterverblijf: het is er koud,
luchtvochtig en rustig. Je kan er terecht tijdens de jaarlijkse opendeurdag
(apr), de open vleermuisavonden (aug, sep) of op aanvraag met een gids. Info bij
natuur2000, 03 231 26 04, natuur2000@telenet.be
Fc de kampioenen
In emblem kan je de bekendste voetbalvelden en bijhorende kantine van
vlaanderen komen bewonderen. De terreinen van f.c. michiel aan de
ranstsesteenweg vormden de thuisbasis voor de populaire tv-serie ‘f.c. de
kampioenen’. Binnenkort komt hier een nieuwe taverne.
Zandhoven
Zandhoven is een landelijk woondorp met vele schilderachtige hoekjes en
rustige plekjes in de deelgemeenten massenhoven, pulle, pulderbos en viersel.
Kastelen en landgoederen zijn ook hier ruimschoots aanwezig.
Molensite
De molensite van pulderbos bevindt zich op 350 m ten noorden van het
dorpscentrum. Het is een aangename rustplaats langs de gouverneur
kinsbergenroute en vormt het vertrekpunt van de wandeling “het molenpad”. De
stenen windmolen uit 1853 en de omgeving werden in 1976 geklasseerd als
monument. Sinds de restauratie draait en maalt de molen elke zondagnamiddag en
is deze te bezichtigen tussen 13 en 18u. Molenbrood is er te koop. Het bijhorend
molenhuis is ingericht als taverne met een zonneterras en zicht op de molen.
De mechanische maalderij binnenin is terug officieel in gebruik sinds 1999.
Vlakbij de molen kan je het museum “karkot” bezoeken. Hier is naast oud
molenaarsmaterieel een verzameling antiek landbouwalaam te zien. Het museum is
toegankelijk na afspraak met de molenaar. Een oude veldschuur op de site kreeg
een nieuwe bestemming als bijenhal. De bezoekers krijgen een deskundige uitleg
door de imkers. Vanaf 1 april tot 30 september kunnen de kasten open terwijl het
publiek veilig achter glas de ijverige bijen “live in actie” kan zien.
Hoven en kastelen
Vele hoven en kasteeldomeinen liggen op het grondgebied van groot-zandhoven,
zoals het hof van liere waar nu de bekende designer paul ibou woont, het
classicistisch kasteel van massenhoven en het kasteel van hovorst in viersel.
Het domein krabbelshof palmt het noordelijke gedeelte van de deelgemeente pulle
bijna volledig in. Je treft er nog een ongerepte natuur aan met prachtige fauna
en flora. Op uitzonderlijke gelegenheden is het domein toegankelijk onder
begeleiding.
zoersel, een kempense gemeente gelegen in het hart van de provincie
antwerpen, bestaat sinds de fusie uit drie oude woonkernen: halle,
sint-antonius en zoersel. Zij vormen een klavertje-drie, dat het groene
hart van de gemeente, het zoerselbos, omsluit.
Hendrik conscience
Zoersel is bovenal het dorp van hendrik conscience, de bekende vlaamse
schrijver die leefde van 1812 tot 1883. Het boshuisje, aan de poort van het
beschermde zoerselbos, een verrassend authentiek gebleven rust- en
lafenisplaats, zou de inspiratie voor het verhaal van “de loteling” hebben
geleverd. Het wonderjaar, de duivel uit het slangenbos en andere verhalen
spelen zich allemaal af in of nabij het zoerselbos.
Zoerselbos en het bezoekerscentrum
Het zoerselbos is een prachtig natuurgebied van meer dan 400
hectaren, dat onvermoede wandel- en fietsmogelijkheden biedt en een bonte
afwisseling toont van bossen, beemden en velden. Kenmerkend voor het zoerselbos
zijn de vloeibeemden aan de oevers van de tappelbeek.
De zoerselse lindeboom
Net als “de loteling” is ook de lindeboom onlosmakelijk verbonden met
zoersel. Op de stam van de 800 jaar oude lindeboom, die tot 1974 het
dorpsbeeld sierde, beeldhouwde pol van esbroeck zowat vijfentachtig figuren uit
de zoerselse geschiedenis. Een zoerselse pater, een zoerselse non, de molenaar
en de duivenmelker, de eerst vrouwelijke burgemeester uit de streek,… allen
staan ze broederlijk naast mekaar op het zachte lindehout.
Mariëtte coppens beeldhouwde uit de takken in zeven episoden het verhaal van
“de loteling”.
De sculptuur is ondergebracht in het fraaie museum, het lindepaviljoen, waar
ook het toeristisch infokantoor gevestigd is.
Bron tekst: Toerisme
Provincie Antwerpen
|